"Probeer een netwerk op te bouwen”
Oud genoeg om te weten wie je bent. Jong genoeg om door te willen leren. Dat geldt zeker voor de jubilarissen bij de HAN. Tijdens dit jubileumjaar, waarin we 25 jaar bestaan, laten we ze aan het woord. Deze keer: bezige bij Frank Vonk.
Brainstormen over nieuwe plannen. Inspirerende gesprekken met collega’s voeren. Nadenken over nieuwe inzichten. Daar krijgt jubilaris Frank Vonk enorme energie van. In 1996 begon hij als docent Duits, en hij ontwikkelde zich in verschillende vakgebieden. De laatste jaren is hij vooral bezig als beleidsadviseur bij de Centrale Staf Onderwijs, Onderzoek en Kwaliteit, en als hoofddocent bij de Academie Organisatie en Ontwikkeling.
Daarnaast is Frank voorzitter van de examencommissie van deze academie. En hij werkt een paar uur per week voor de master Leraar Algemene Economie van de Academie Educatie, als methodoloog en docent Professionele ontwikkeling. “De balans tussen lesgeven en andere werkzaamheden op de HAN is geweldig. Het directe contact met studenten zou ik onwijs missen als ik geen les meer zou geven.”
25 jaar bij de HAN. Wat is je 1e herinnering?
“Toen ik net begon bij de HEAO, als docent Duits, werkten we nog in een vaksectie. Directe en korte lijntjes met 5 andere collega’s. We bespraken alles, van lessen tot en met tentamens en alles wat er nog meer bij het 'docent zijn' komt kijken. Per slot van rekening waren dit na mijn universitaire jaren en mijn promotietijd aan de Rijksuniversiteit Utrecht mijn eerste stappen in het hbo. Ik vergeet de samenwerking met deze fijne groep mensen nooit meer.”
Hoe ging het verder?
“In de jaren die volgden, zag ik het vak Duits steeds verder wegebben. Vroeger was Duits bij veel opleidingen een belangrijke taal; dat is nu echt veel minder. Ik vind het jammer dat dit zo is gelopen. Ondanks dat blijf ik zelf veel bezig met de Duitse taal. Ik lees graag Duitse literatuur en schrijf nog steeds Duitse artikelen. Momenteel ben ik bezig met een artikel over taalfilosofie en filosofische antropologie voor een Weens wetenschappelijk tijdschrift.
Maar ik had 25 jaar terug nooit kunnen vermoeden dat ik nu, na al die jaren, zoveel verschillende werkzaamheden achter mijn naam heb staan. Bij de opleiding Logistics Management doceerde ik ook verschillende vakken, van onderzoek tot en met intercultureel management. Bij de deeltijdopleiding geef ik nog steeds het vak ethiek. Dit vind ik erg leuk om te doen, vooral ook vanwege mijn filosofische achtergrond. Het lijstje werkzaamheden is te lang om allemaal op te noemen, maar alles wat ik doe of heb gedaan, gebeurt met ontzettend veel plezier en enthousiasme.”
Wat heb je geleerd?
“Tijdens mijn promotieonderzoek, tussen 1987 en 1992, heb ik vrij veel alleen moeten werken. Dat alleen achter een bureautje zitten vond ik maar niks. Daarom probeerde ik een netwerk op te bouwen met zielsverwanten. Hierdoor kreeg ik uitnodigingen voor congressen en lezingen in binnen- en buitenland. Dit heeft mij erg geholpen om mijzelf verder te ontwikkelen.
Het is ontzettend belangrijk om een groep mensen aan je te binden, waarmee je kritisch en verdiepend over onderwerpen kunt praten. Dit probeer ik ook altijd mee te geven aan studenten. Sluit je niet op in een kamer, maar probeer een netwerk op te bouwen. Door goed samen te werken, kun je zoveel meer bereiken. Dat geef ik studenten graag mee. In de master leg ik er ook de nadruk op.”
Hoe zie je de toekomst?
“Bij de HAN zijn we al een tijdje bezig met het werken in de driehoek (samenwerking tussen werkveld, onderwijs en onderzoek, red.). Ik denk dat dit ontzettend belangrijk is. De beroepspraktijk, bedrijven dus, kun je pas belangrijk maken als je ze effectief betrekt bij het onderwijs. Bedrijven en organisaties gaan dan inzien dat het onderwijs niet alleen iets is van de scholen, maar ook van hen.
Mijn ideaal is dan ook dat studenten meer gaan werken bij bedrijven. Er is veel huurruimte over, hoe mooi zou het zijn als studenten daar aan bepaalde thema’s kunnen werken! Naar mijn idee is dit een goede manier om de verbinding tussen onderwijs en praktijk nog sterker te maken.”
Wat is jouw ‘eigenwijsheid’?
“De wijsheid van anderen vind ik heel belangrijk, daar vaar ik dan ook graag op. Voor mij bestaat er geen eigenwijsheid, maar wel wij-wijsheid. Of komt dit ‘eigenwijs’ over?”