24 mei 2019

SEECE-partner Wattsun levert 'pop-up power' aan de HAN

Wattsun, een startup die batterijpakketten voor off grid-toepassingen produceert, leverde 15 mei een systeem aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN). De hogeschool gaat de batterijen gebruiken voor onderzoek en onderwijs.

Twee laptops, een soldeerbout, een televisiescherm. Koen Olieslagers en Bart Hendriks van Wattsun benutten 15 mei elk elektrisch apparaat dat zij kunnen vinden in een werkruimte op de HAN, om te laten zien wat hun batterijsysteem aankan. Op een schermpje verschijnt automatisch een tijdsindicatie, die laat zien hoe lang de apparaten door de batterijen van stroom kunnen worden voorzien.

POP-UP-ENERGIE

Wattsun is een systeem voor pop-up power, zoals Olieslagers en Hendriks het noemen. Het bestaat uit een ‘dock’ (het hart van het systeem) en ‘packs’ (batterijen) die op elkaar gestapeld kunnen worden. Packs die worden toegevoegd, verbinden automatisch met de rest van de modules. Op die manier ontstaat een gekoppelde, modulaire energievoorziening.

‘Waar het stroomnet stopt, begint Wattsun’, staat op de website van het bedrijf. Het systeem is in eerste instantie bedoeld voor off grid-toepassingen. ‘Wij zijn begonnen in de festivalwereld, daar hebben we de meeste klanten. Die gebruiken de Wattsun voor de opbouw van het festival, maar ook tijdens het evenement. Als werkstroom voor de opbouw en afbraak, hun kassa’s, voor hun kraampje, enzovoorts’, licht Olieslagers toe.

Wattsun staat aan de vooravond van het opschalen van zijn productie. Nu de eerste serie is gerealiseerd voor – met name – klanten in de festivalwereld, ruiken de ondernemers kansen in andere sectoren. In de bouw- en infra-wereld, bijvoorbeeld. ‘Er zijn vaak servicebusjes die op verschillende plekken stroom nodig hebben voor powertools, meetapparatuur en laptops. [..] Met een Wattsun hebben ze altijd stroom, zonder dat zij een aggregaat in hun werkveld hebben’, aldus Hendriks.

DOORONTWIKKELING EN SAMENWERKING

De ondernemers streven niet alleen naar vooruitgang in kwantitatieve zin. Ze denken ook na over de doorontwikkeling van hun product. Hun relatie met SEECE en de HAN helpt hierbij. HAN-studenten kunnen bijvoorbeeld onderzoek doen, in opdracht van het bedrijf. Koen: ‘We willen dat je straks op een app de Wattsun live op afstand kunt lezen. Daar hoort een ontwikkelingstraject bij, waarbij studenten het vooronderzoek kunnen doen en wellicht ideeën kunnen vormgeven.’

Het monitoren van de batterijsystemen moet in de toekomst op een afgebakend terrein kunnen, zoals een festivallocatie, maar ook op grotere schaal. Hendriks: ‘Een bouwbedrijf heeft straks misschien honderd Wattsuns in zijn vloot. Een manager die zijn materialen wil beheren, wil weten hoe het gaat met zijn Wattsuns. Zijn ze al aan vervanging toe? Hoe worden ze gebruikt?’

De samenwerking levert niet alleen iets op voor de mannen van Wattsun en de studenten van de HAN. De systemen leveren ook een bijdrage aan het onderzoek van de HAN. Met name dat van het Lectoraat Meet- en Regeltechniek. ‘Wij kunnen control systems testen. Als wij een paar regelsystemen hebben bedacht, kunnen we testen hoe die werken’, aldus onderzoeker Ballard Asare-Bediako.

OPSLAGSYSTEMEN

Het Wattsun-systeem kan in de toekomst bijvoorbeeld gebruikt worden voor de opslag van zonne-energie. Olieslagers: ‘Als je twintig panelen hebt, dan is dit te klein. Maar heb je een paneel of vijf à zes op je dak, dan is dit perfect. Een groot voordeel: Het is een modulair systeem, waardoor je de batterijcapaciteit kunt aanpassen aan het aantal zonnepanelen. Maar op dit moment focussen wij als Wattsun op de off grid markt.’

Medewerkers en studenten van de HAN gebruiken verschillende soorten technologie voor hun onderzoek. De hogeschool kocht recent meerdere energieopslagsystemen aan, waaronder een off grid energiesysteem van het bedrijf Volta Energy.

SEECE en de HAN zijn overigens al jaren betrokken bij onderzoek dat te maken heeft met de opslag van energie. Een voorbeeld is het project Cellular Smart grid Platform (CSgriP). Binnen dit project werden off grid energienetwerken aan elkaar en aan het reguliere energienet gekoppeld. Het CSGriP-onderzoek borduurde voort op het Sustainable Off-grid Power Station for Rural Applications (SOPRA).