Afscheid Associate Lector Gerda Geerdink

Terugblik op 30 jaar onderwijs en onderzoek

kwaliteiten van lerarenopleiders gerda geerdink

Associate lector Gerda Geerdink nam op 17 september afscheid van de HAN. We blikken met haar terug op ruim 30 jaar onderwijs en onderzoek: van een magere 0,1 FTE als eindredacteur van het hogeschoolblad tot meer dan fulltime als associate lector Kwaliteiten van Lerarenopleiders.

In de 12 jaar als associate lector initieerde en participeerde Gerda in projecten als Meer MansSamen OpleidenStudent als Partner en Health. Onvermoeibaar en gedreven richtte ze haar pijlen op verschillen bij aanstaande leraren. Op uitval en leerprocessen bij sociale minderheidsgroepen. Op optimaal lerende onderwijsorganisaties. Op aandacht voor de lerarenopleider als bijzondere professional binnen het onderwijs. En op samenwerking tussen lerarenopleidingen, de onderwijspraktijk en het onderwijsonderzoek. Ze zette zich ook landelijk in, voor versterking van de beroepsgroep en voor de Vereniging van lerarenopleiders. Maar daarover straks meer. Want lag die toewijding aan onderwijs, de lerarenopleidingen en onderzoek wel voor de hand?  

Met stip op 1: Weg uit Twente

Beslist niet, vertelt ze: “In mijn laatste jaar op de havo had ik het wel een beetje gehad met studeren. Bovenaan mijn loopbaanlijstje stond ‘Weg uit Twente’. Wat te doen?” De decaan kwam met hét studieadvies voor meisjes in die tijd: de kweekschool of de verpleging. Onderwijs zag ze “echt niet zitten”, toen niet. Dus “dan maar de verpleging”. Het bleef bij een korte carrière: na haar diplomering was haar verpleegkundig bestaan voorbij. 

Foto van oud lector Gerda Geerdink vroeger

Studie na studie na studie

De Haaksbergse meid die klaar was met studeren, begon aan een 2e studie, aan de Sociale Academie. Daarna deed ze vormingswerk, tot de bezuinigingen haar takenpakket veranderden tot iets wat ze “helemaal niet interessant” vond. Ze ging weer studeren, in deeltijd: geschiedenis en de opleiding tot uitgever. “In mijn laatste studiejaar, aan de toen net gevormde hogeschool, vroeg het hogeschoolblad mij een stuk te schrijven over mijn opleiding geschiedenis, de MO-B. Dat schrijven beviel me wel, net als de verdiensten: 50 gulden per artikel. Om een lang verhaal kort te maken: na een paar maanden werd ik er eindredacteur.” En dan lachend: “Een baan van maar liefst 0,1 FTE, niet bepaald een goed belegde boterham. Maar er was toen echt weinig werk en ik was blij dat ik weer iets had.”  

Ik wilde ergens heel goed in worden, maar ben altijd ook van de breedte gebleven."

Opnieuw liet Gerda zich leiden door de combinatie van toeval en interesse. Ze vulde de 0,1 FTE als eindredacteur aan met 0,4 FTE als docent cultureel-maatschappelijke vorming op de (tegenwoordige) HAN Pabo. Breidde haar uren bij het hogeschoolblad uit door er hoofdredacteur te worden. Verzorgde de cursus ‘20e eeuw’ op de lerarenopleiding Geschiedenis. Coördineerde binnen de deeltijdvariant van diezelfde opleiding de afstudeerrichting Redactie-uitgeverij. Werkte een aantal jaren HAN-breed als beleidsmedewerker Onderzoek. Deels naast, deels na elkaar. “Heel breed, van alle markten een beetje thuis, maar ik wilde ergens heel goed in worden.”  

Promotie en benoeming tot associate lector

In 2007 promoveerde ze, op sekseverschillen bij pabo-studenten. 2 jaar later werd ze benoemd tot associate lector - eerst op het thema sekseverschillen in het onderwijs, later op het thema Kwaliteiten van Lerarenopleiders: “Als associate lector leg je gewicht in de schaal, binnen en buiten de HAN. Na mijn eerste termijn kwam er binnen het kenniscentrum eindelijk meer erkenning voor de lerarenopleider als bijzondere professional. Precies wat ik nodig had om te doen wat ik wilde doen: de werelden van onderzoek en opleidingsonderwijs, zeker in die tijd nog heel verschillend, samenbrengen. Want ik wist: onderzoekende lerarenopleiders zijn betere lerarenopleiders. Lerarenopleiders zijn bovendien rolmodellen, altijd. Juist zij moeten verder kijken dan hun neus lang is. Minder intuïtief handelen en meer analyseren hoe het echt in elkaar zit.”  

Meer Mans

Als voorbeeld noemt ze de pabo, waar het (landelijk) maar niet lukte jongens binnen te halen en nog minder om ze binnen te houden. “Opleidingen dachten – intuïtie dus: we delen enthousiaste verhalen over de studie, we zetten een tennistafel in de kantine en dan komen de mannen wel. En ze komen ook wel, maar stromen vervolgens veel te vaak voortijdig uit.” 

Het is de opleiding waar het wringt, die moet veranderen. “In het project Meer Mans onderzocht ik het hoe, wat en waarom.” Gerda vond het geweldig om te doen, vooral door de samenwerking met de docenten. “Dat zorgt voor synergie tussen onderzoek en onderwijs: 1 + 1 =3. Daarbij haal ik altijd graag de (recent overleden) Twentse dominee Anne van der Meiden aan. Hij zei dat het bij samenwerking (in een huwelijk) draait om een goede balans tussen ‘Kiek ik noar oe’ en ‘Kiek iej noar mi’. 

Driehoek opleiding-onderzoek-werkveld

Gerda vertaalt Van der Meidens uitspraak naar de onderwijswereld: “Zodra (leraren)opleidingen, onderzoekers én werkveld de handen ineen slaan, vol gaan voor kruisbestuiving, krijgen ze veel voor elkaar. Dan lukt het om samen praktische kennis te ontwikkelen en de onderwijspraktijk te veranderen of vernieuwen.” Gerda ziet echter dat samenwerking niet altijd even goed gebeurt en ook nogal eens tijdelijk van aard is. “Als het project is afgelopen – meestal als het geld op is – gaat het (te) vaak op de oude voet verder. Maar toch is er altijd een blijvend effect van onderzoekend ontwikkelen en innoveren: natuurlijk werken projecten als Meer Mans en Samen Opleiden ook na afloop door.”  

Gerda heeft zich altijd enorm ingezet voor meer diversiteit in de lerarenopleidingen. Dat is echt een missie waar ze op verschillende manieren aan gewerkt heeft, onder andere in haar promotieonderzoek naar jongens op de pabo maar ook door haar inzet voor kansengelijkheid en haar ambassadeurschap voor het HAN zwaartepunt Health.

Kijk naar de student

Anno 2021 is de onderzoeksfunctie veel beter verankerd binnen de opleidingen van de HAN dan 20 jaar geleden. Maar klaar is het nog niet, benadrukt Gerda. “Het onderzoekend handelen dat studenten moeten leren, zit soms nog te veel vast in protocollen die studenten moeten doorlopen. We kunnen nog veel beter kijken naar de verschillen: wat heeft ieder van hen nodig om een onderzoekende professional te worden? En bij verschillen gaat het zeker niet alleen om sekseverschillen, maar om alles waarin studenten verschillen en de inclusiviteit van de opleiding.”  

De lerarenopleidingen gaan volgens Gerda nog veel te veel uit van één en dezelfde hoepel, waar iedereen doorheen moet. “Maar waarom eigenlijk? Ik zou meer ruimte willen voor bijvoorbeeld specialisatie in vakinhoud. Diversiteit is een kans, ook voor het po: laat de taalvirtuoos de spellingslessen voor de hele middenbouw verzorgen en geef de leraar met de gouden handen schoolbreed de lead bij creatieve vakken. Die ontwikkeling is met een aanbod als de ALPO al ietsje ingezet, maar daar mag nog wel een tandje bij.”  

Genieten van leuke ‘onderwijsdingen’

Gerda zelf doet het juist een tandje minder: begin maart had ze haar laatste werkdag, maar van de spreekwoordelijke geraniums is geen sprake. “Ik geniet van de luxe om alleen nog de leuke ‘onderwijsdingen’ te doen. Bijvoorbeeld bij de NVAO, rondom het toetsen van opleidingen en visitaties.”  

Dan is er het boek: ‘50 jaar leraren opleiden’. Het verschijnt dit najaar bij uitgeverij Boom. Gerda doet de redactie samen met een collega van de VU, en draagt er hoofdstukken aan bij. “Het is (weer) een heel breed boek over de 11 verschillende lerarenopleidingen die er zijn. Ook thema’s als internationalisering, onderzoek, overheidsbeleid, samen opleiden en de beroepsvereniging van lerarenopleiders komen erin aan bod. En dan blijkt – uit de opgegeven referenties - steeds weer dat ik me met veel verschillende thema’s heb beziggehouden.”  

Stilzitten zal er niet van komen

En straks, als het boek klaar is, wat dan? “Dan staan er nog meters onderwijsboeken te wachten tot ze gelezen worden. Daar kan ook zomaar weer een project uit ontstaan. Stilzitten zal er niet van komen, dat zit niet in mijn bloed: mijn moeder was tot het einde toe bezig, had altijd weer plannen. Ik lijk op haar!” 

Nu Gerda afscheid heeft genomen van de HAN, worden haar werkzaamheden opgenomen binnen het Lectoraat Professionaliteit van leraren (waar het associate lectoraat Kwaliteiten van Lerarenopleiders al onder viel).

Lees ook het drieluik dat de Velon samen met Gerda Geerdink maakte.