Promovendus Frank den Heijer (Sustainable River Management)
Frank den Heijer is programmamanager Flood defence Assetmanagement bij het Lectoraat Sustainable River Management. Hij begon in februari 2020 zijn promotieonderzoek met de titel Flood defence management - Approach to cope with complexity, keeping development and design creativity in risk reduction.
Frank doet zijn promotie-onderzoek op het gebied van waterveiligheid aan de TU Delft, Faculty of Civil Engineering and Geosciences (CEG), Department of Hydraulic Engineering, Flood Risk. Hij hoopt in 2025 te promoveren. Zijn promotor en begeleider is Prof. dr. ir. Matthijs Kok, hoogleraar aan deze technische universiteit.
Naast zijn functie als programmamanager bij het Lectoraat Sustainable River Management van de HAN Academie Built Environment, geeft Frank den Heijer het vak Waterveiligheidssysteem aan studenten van de minor Sustainable River Engineering.
Om voldoende verbinding te houden met de praktijk heeft hij ook een eigen onderneming: Waterinfraworks, Hiermee doet hij projecten voor waterschappen en Rijkswaterstaat. De ervaringen in de actuele praktijk, gebruikt hij dan weer in het onderwijs en in zijn onderzoek voor de HAN.
Wat is jouw onderzoeksvraag?
Hoe kan de risicobenadering voor waterveiligheid worden benut voor het bereiken van efficiënte en creatieve oplossingen op ontwerp-, systeem-, management- en ontwikkelingsniveau, die bruikbaar zijn in de praktijk van de waterkeringszorg?
Frank: "Het woord ‘benut’ bedoel ik hier overigens meerdimensionaal. Je moet denken aan: geld, veiligheid, ruimtelijke kwaliteit, maatschappelijke meerwaarde, eenvoudiger toepasbaar en uitlegbaar, et cetera."
Het geheel van de veiligheidsbenadering, de assetmanagementaanpak en de techniek, wordt steeds complexer. Er zijn maar weinig mensen die het geheel kunnen overzien.
Hoe kwam je op dit onderwerp?
"Ik ben al sinds 1993 bezig met waterveiligheid en heb de ontwikkeling van de nieuwe normering van waterkeringen mede vormgegeven. Ik deed dus al jarenlang onderzoek naar de systematiek die nodig is om de nieuwe normen toe te passen en hoe de overstromingskansen en het ‘zeker veilig’ van de toen vigerende oude normering zich verhielden. Tussen 2009 en 2012 was ik bij Deltares samen met 2 collega programmamanagers verantwoordelijk voor het opzetten en bouwen van het beoordelingsinstrumentarium, dat sinds 2017 van kracht is. Vanaf 2012 ben ik bezig geweest met assetmanagement van waterkeringen, een integrale aanpak die de drie hoofdtaken in de waterkeringszorg verbindt: beoordelen, versterken en beheren.
Nu ben ik op een punt gekomen dat ik graag wil bijdragen aan een effectieve implementatie. De waterkeringszorg is steeds in transitie en het geheel van de veiligheidsbenadering, de assetmanagementaanpak en de techniek, wordt steeds complexer. Er zijn maar weinig mensen die het geheel kunnen overzien. Samen met de druk om de nieuwe veiligheidsbenadering te implementeren, groeit ook de behoefte om het toepassen ervan weer eenvoudiger te maken."
Wat houdt de nieuwe veiligheidsbenadering en nieuwe normering in?
"Risico's op overstromingen zullen er altijd blijven, net als risico's door brand of ziekte. De nieuwe normering van de veiligheid van waterkeringen is gebaseerd op het begrenzen, het normeren, van toelaatbare overstromingsrisico's. Voor het beperken van het risico op overlijden is deze normering gebaseerd op het politieke besluit voor een aanvaardbaar Lokaal Individueel Risico, uitgedrukt in een kans van maximaal 1 op 100.000 per jaar om op een zekere locatie te overlijden door een overstroming.
In de oude normering begrensden we de waterstanden. Een bepaalde waterstand moest 'zeker veilig' gekeerd kunnen worden door de dijk. De vergelijking met de externe risico's door andere gevarenbronnen zoals explosies, was daarmee niet eenduidig te maken. Met de nieuwe normering kan dat wel. Het wordt daarmee dan mogelijk om explicieter te onderbouwen waarom we voor welke gevarenbronnen maatregelen nemen "
Door de verwachte klimaatverandering wordt de opgave waarvoor we staan alleen maar groter. En wel zodanig dat er ook nieuwe oplossingsrichtingen nodig zijn.
Wat is de maatschappelijke of wetenschappelijke relevantie van jouw onderzoek?
"Het HWBP, het hoogwaterbeschermingsprogramma, is een grote opgave. Hiervoor is de komende decennia héél veel capaciteit nodig. We hebben in Nederland ongeveer 3500 kilometer primaire waterkering en we verwachten dat ruim de helft daarvan niet aan de nieuwe normen voldoet. Daarom steekt Nederland tot 2050 jaarlijks zo’n 400 miljoen euro in het verbeteren van de waterkeringen. Door de verwachte klimaatverandering wordt de opgave waarvoor we staan alleen maar groter. En wel zodanig dat er ook nieuwe oplossingsrichtingen nodig zijn. Daarom is er ook een innovatiedoelstelling om kosten, ruimte en hinder te beperken én om de aanlegsnelheid te vergroten. Innovatie staat hoog in het vaandel."
Welke resultaten verwacht je?
"De resultaten zullen in lijn liggen met de 4 subvragen van mijn onderzoek. Ik som ze even op:"
- Op welke wijze is het constructietype van de dijk van invloed op het economisch optimale veiligheidsniveau?
- Op welke wijze kan het beheer van een assetportfolio met een risicobenadering doelmatig worden gestuurd?
- Hoe hangt het benutten van het nieuwe veiligheidsconcept af van de complexiteit van systeem, de ondersteuning door instrumentatie en de organisatie en capaciteit?
- Hoe dragen technische creativiteit, bedrijfsmatig in control zijn en capaciteit bij aan integrale waterkeringszorg in de praktijk?
Wat is de relevantie van jouw onderzoek voor de sector?
"De invoering van de nieuwe normering leidt tot dijken waarvan de kosten en de benodigde ruimte heel fors zijn. De risicobenadering achter de nieuwe normering biedt veel meer mogelijkheden om het risico te beperken dan de oude normering op overschrijdingen van belastingen. Die mogelijkheden worden nu nog niet goed benut. Dat wordt enerzijds veroorzaakt omdat we nog ervaring opdoen met de complexe instrumenten die ontwikkeld zijn voor de toepassing van de nieuwe normering. En anderzijds, omdat de capaciteit en bestuurlijke noodzaak om scherp aan de wind te varen te gering is. Keringbeheerders hebben daarom nu al wel de lasten van de nieuwe normering, maar nog niet de lusten in termen van minder kosten, minder ruimte beslag en minder hinder. Mijn onderzoek moet eraan bijdragen daar een betere balans in te brengen."
Wat maakt jouw onderzoek innovatief of uniek?
"Mijn onderzoek kijkt vanuit 3 verschillende invalshoeken: techniek, bedrijfskunde en sociaal-organisatorisch. De hypothese is dat deze deels tegengestelde krachten bevatten, die het implementatie- en innovatievermogen beïnvloeden. De synthese van het onderzoek moet bevindingen opleveren hoe de krachten vanuit die verschillende invalshoeken worden gebundeld voor een effectieve implementatie van de nieuwe normering."
Hoe ziet jouw werkweek eruit?
"Ik werk 36 uur per week voor de HAN, waarvan ongeveer 30% in onderwijs 30% onderzoek voor het Lectoraat Sustainable River Management en 40% voor mijn promotie. De promotie vergt ook nog wel wat privé-uren per week. Samen met de uren voor mijn onderneming Waterinfraworks, werk ik wekelijks zo’n 50 uur."
Contact
Vragen aan Frank den Heijer?
Stuur een e-mail.