Levens redden dankzij feedback gevende babypoppen
Het reanimeren van baby’s is een delicate zaak. De juiste feedback en ervaring krijgen, is voor studenten Verpleegkunde letterlijk van levensbelang. Die terugkoppeling is arbeidsintensief: je bent ervoor afhankelijk van een leraar.
Hoe ontwikkel je een manier om die feedback automatisch - en zo goed mogelijk - te geven? "Een goede trainpop is dé oplossing", zegt Johan Korten.
Johan is docent Embedded Systems Engineering bij de HAN, maar begon eerder bij Verpleegkunde. De combinatie van zorg en technologie trok hem al in zijn studietijd. “Collega Nanda Verheul gaf de minor High Care Moeder en Kind. Daar bleek dat er heel weinig middelen zijn om goede feedback te geven rondom Pediatric Basic Life Support, ofwel het reanimeren van baby’s.” Daar wilde hij wat mee. Logisch dat Johan’s promotieonderzoek zich dan ook focust op automatische feedback in Basic Life Support-training voor studenten Verpleegkunde.
Domme poppen
De grote vraag is: hoe doe je dat? Reanimatieonderwijs wordt toch voornamelijk gegeven met poppen? “Klopt, en daar zijn hele domme poppen bij”, lacht Johan. “Daar kun je bijvoorbeeld lucht in blazen om ventilaties - mond-op-mond beademing - te oefenen. Maar hoe weet je hoeveel lucht goed is? Daarom is er ook een elektronische versie van die poppen. Die laten data zien. Veel effectiever. Deze poppen worden alleen door een externe partij gemaakt, waardoor je zelf niet de controle hebt over de variabelen. Een van die variabelen is bijvoorbeeld het uitlezen van de data. We merkten dat hun oplossing met een tablet erg afleidt.”
Slimme poppen
Johan besloot daarom zijn poppen zelf te gaan maken. “Ik ben onderzoeker. Ik wil graag alles in eigen handen hebben. Bij externe poppen ontstonden er vragen rondom betrouwbaarheid. Daarom heb ik samen met collega’s een systeem gebouwd dat we in zo’n pop kunnen stoppen. We maken een ‘embedded systeem’ van printplaatjes en kleine computerchips. Zo laat de pop heel precies zien hoeveel lucht iemand inblaast en hoe diep ze de borstkas indrukken. Ik ga onderzoeken hoe we dat steeds kunnen verbeteren.”
We weten van reanimatievaardigheden dat die binnen 5 maanden drastisch afnemen. Na 2 jaar zijn ze terug bij af."
HAN Health Concept Lab
Baby’s reanimeren is zeer moeilijk. “Als je teveel lucht naar binnen blaast, kun je de longen kapot maken of gaat de baby overgeven. Juist daarom is goede feedback bij Basic Life Support zo van belang. Voor studenten Verpleegkunde is het ook belangrijk dat de oefenpop aanvoelt als een echte baby. Ik kan alleen geen plastic maken. Daarom zoek ik de samenwerking op met 14 studenten Industrieel Product Ontwerpen, Elektrotechniek, Technische Bedrijfskunde en Embedded Systems. We bundelen onze krachten in het HAN Health Concept Lab. Hier ontwikkelen we een pop vol sensoren die echt een aanvulling is op de bestaande Basic Life Support-training. Verpleegkundestudenten valideren onder supervisie van Nanda dat de oplossing ook werkt.”
Controlegroepen
Hoe komt Johan de komende jaren tot die aanvulling? “Ik wil in totaal 81 studenten laten reanimeren met het systeem dat we nu hebben ontwikkeld. Gaandeweg veranderen daar dingen in. Daarbij neem ik een controlegroep en een experimentele groep: de eerste krijgt hun feedback op de ouderwetse manier, de tweede krijgt automatische feedback vanuit ons systeem. Die groepen vergelijken we met elkaar. We hopen dan te laten zien dat ons systeem beter en preciezer is dan dat van een fysieke instructeur.”
Veel efficiënter
Is er dan iets mis met een fysieke instructeur? “Dat niet, maar we weten van reanimatievaardigheden dat die binnen 5 maanden drastisch afnemen. Na 2 jaar zijn ze terug bij af. Als wij een geautomatiseerde trainpop kunnen maken die niet te duur is én aansluit op de onderwijsbehoefte, dan kunnen de studenten veilig en zoveel mogelijk oefenen met hoge kwaliteit feedback. Met een leraar is het beperkt tot 4 uur training en een examen. Een pop is veel efficiënter: als je hem goedkoop kunt maken en aanbieden, kun je er misschien wel 25 kopen.”
Allerlei mogelijkheden
Het onderzoek van Johan resulteert uiteindelijk in 5 wetenschappelijke papers. “Ik ga naar meerdere dingen kijken. Ik begin met een structured review: welke meetsystemen zijn er? Wat zijn de feedbackbehoeftes? Hoe kan dat beter en transparanter? Hoe maak je het meet- en feedbacksysteem effectiever? Wij doen dat bijvoorbeeld met geluid: er komt een stem uit een boxje die zegt ‘dieper drukken’ of ‘teveel lucht’. Maar ik denk ook verder, aan de mogelijkheden van Virtual Reality (VR) en Artificial Intelligence (AI)? Er kan ontzettend veel.”
Schuimrubber ribbenkast
En na het onderzoek, wat gebeurt er dan? “De bedoeling is dat reanimeren dankzij mijn onderzoek en de feedbackpoppen een automatische skill wordt bij studenten. Dit project kan eindeloos doorgaan. Ik wil niet dat het na 5 jaar in een kast verdwijnt. Daarom ga ik na mijn onderzoek op zoek naar subsidie om de poppen gemaakt te krijgen. We zijn as we speak bezig met het 3D-printen van schuimrubber ribbenkastjes die net echt lijken. We zijn dus al behoorlijk ver!”
De motivatie van de promotiecommissie
Annet de Lange, voorzitter van de promotie-commissie: “Het verfijnen van de technologische feedback die bij Basic Life Support-training wordt gegeven, heeft zowel wetenschappelijke als praktische waarde. Johan's onderzoek is gericht op leren: wat kan er geleerd worden, en op welke manier? Johan deelt dat heel grondig op in relevante deelstudies. Wij verwachten dat hij met zijn onderzoek trainingen voor studenten verbetert en aanscherpt. En dat er uiteindelijk meer jonge levens mee gered kunnen worden.”
Promotor: Dr. dr. Egon L. van den Broek (Universiteit Utrecht)
Co-promotoren: Dr. ir. René Bakker (lector Networked Applications, AIM), dr. Lilian Vloet (lector Acute en Intensieve Zorg, AGV)
Mentor: Dr. ir. Aart-Jan de Graaf (lector Control Systems, AEA)
Financier: HAN promotiebeurs.Prom