Je netwerk als sleutel tot een betere kwaliteit van leven
Netwerken zijn enorm belangrijk, bijvoorbeeld in de ouderenzorg. Nederland vergrijst. En dat doen we steeds meer thuis, ondersteund door familie en professionals. Voor deze groeiende groep zijn er echter steeds minder professionals beschikbaar.
“In die zorgnetwerken kunnen we echt nog stappen maken”, zegt Wendy Kemper. Wendy is onlangs gepromoveerd. Haar onderzoek richtte zich op het functioneren van het zorgnetwerk voor ouderen. “Dat netwerk, dat bestaat uit de oudere zelf, familie, vrienden, buren, vrijwilligers en professionals vanuit welzijn en zorginstellingen, is van steeds grotere invloed op de kwaliteit van leven van de oudere”, stelt ze. Dat klinkt logisch, als je je bedenkt dat ongeveer 90% van de ouderen van 75 jaar of ouder één of meer chronische aandoeningen heeft. “Dat hoeft geen problemen op te leveren, alleen vraagt het in veel gevallen wel om een bepaalde mate van ondersteuning. Zeker wanneer de oudere zelfstandig woont.”
Bijna iedereen kan zich wel in de situatie herkennen, blijkt al snel. “Ze zijn bijvoorbeeld zelf oudere met gezondheidsproblemen, verlenen mantelzorg of leveren professionele zorg bij iemand thuis”, licht Wendy toe.
Formele en informele zorg
Zorgen voor zelfstandig wonende ouderen is grof gezegd verdeeld over 2 partijen: de informele zorg en de formele zorg. De mensen in de informele zorg zijn bijvoorbeeld familie, vrienden, lotgenoten en vrijwilligers. Formele zorg komt vanuit onder meer de thuiszorg, ouderenadviseur, fysio, huisartsen en dagbesteding. “Als mens zijn we geneigd te kijken naar zorg die we in of vanuit ons eigen hokje verlenen. We vergeten daardoor de andere groep te betrekken. Zo kwamen we een voorbeeld tegen van een verpleegkundige die contact had met een oudere die altijd veel om dieren gaf, maar verder weinig mensen om haar heen had. Ze leefde op toen een buur verderop een puppy kreeg en zij zich door een gesprek met de verpleegkundige realiseerde dat ze toch wel meer contact wilde.”
Het gaat er uiteindelijk om dat je, met wat je kunt, het leven kunt vormgeven zoals JIJ dat wil.”
Kwaliteit van leven
Goed contact tussen oudere, formele en informele zorg is dan ook belangrijk. Zij vormen samen een zorgnetwerk. Wendy bracht deze netwerken in kaart. “In de ideale situatie kijk je samen wat de oudere belangrijk voor de kwaliteit van leven vindt en pas je daar gezamenlijk de zorg en ondersteuning op aan. Daarbij is er een dichte kern actief helpende mensen uit de formele en informele zorg met daaromheen andere mensen waar je een beroep op kunt doen. Dit noemen we een generatief netwerk. Een sterk netwerk waar je vaak veel wederkerigheid ziet.” In zo'n netwerk kan veel verschil zitten, weet ook Wendy, die deze verschillen onderzocht tussen hoog- en laagopgeleide ouderen.
Passie voor netwerken
Om een netwerk goed in stand te houden, is het van belang hierover te praten. “Netwerken werken op basis van 3 mechanismen: afstemmen, navigeren en besmetten. Gaat dat goed, dan functioneert het netwerk. Zo niet, dan krijgt de oudere niet de steun die hij/zij nodig heeft.” Zie je een netwerk in actie, dan zie je dus hoe daarin (niet) wordt afgestemd of genavigeerd. Wellicht zie je besmetting binnen of rondom het netwerk. “Wil je een netwerk verbeteren, dan ga je met die mechanismen aan de slag”, stelt Wendy.
Hiervoor heeft Wendy in haar promotie-onderzoek training en tools voor sociaal werkers, verpleegkundigen en andere professionals die met ouderen werken ontwikkeld. “De kennis en tools helpen professionals om een zorgnetwerk te analyseren en verbeteren. Idealiter zetten zij dit vanaf de eerste kennismaking met een client in. Ook als een situatie complex wordt, hebben de tools een toegevoegde waarde.”
Het belang van een netwerk
Het gebruiken van mensen in je netwerk heeft altijd nut, zo heeft ook Wendy tijdens haar onderzoek ervaren. Joke Nijenhuis-Van Weert, gepensioneerd manager bij de HAN en penningmeester van de Vereniging Oud medewerkers (VOM) van de HAN, heeft bijna de gehele periode van het onderzoek – ruim 7 jaar – Wendy ondersteund en meegewerkt aan de uitvoering van delen van het onderzoek. “Joke is een echt sparringpartner geweest. Ze heeft vanuit de HAN jarenlange kennis opgebouwd in de ouderenzorg en onderwijs die ze meebracht. We hebben samen succesfactoren geformuleerd om op deze manier te werken. Joke: “Ik ben zelf inmiddels ervaringsdeskundige als oudere, ik kan mijn tijd aan een heleboel zaken besteden. Als ik het gevoel had gehad dat ik niet serieus werd genomen, had ik dit ook niet gedaan. We hebben echt samengewerkt, in volledig vertrouwen. Dat moet goed gaan om zo’n onderzoek goed te laten verlopen”
Ik ben zelf inmiddels ervaringsdeskundige als oudere, ik kan mijn tijd aan een heleboel zaken besteden. Als ik het gevoel had gehad dat ik niet serieus werd genomen, had ik dit ook niet gedaan. We hebben echt samengewerkt, in volledig vertrouwen. Dat moet goed gaan om zo’n onderzoek goed te laten verlopen”
Intergenerationeel werken
Met een duur woord noemen we de samenwerking tussen Joke en Wendy intergenerationeel werken. “Het levert veel op, zoals Joke al schetst,” zegt Wendy, “Maar het betekent ook dat ik mijn onderzoek er op moet aanpassen. We moeten elkaar bijpraten als dat nodig is, terwijl ik op andere momenten juist moet kiezen Joke niet in het ‘regelgedoe’ mee te trekken. De bijdrage die Joke heeft, is er dus ook een die haar aanspreekt. “Wat dat betreft werkt dit net als in een zorgnetwerk. De activiteit – deelname van de doelgroep aan het onderzoek – is iets wat voor mij bijdraagt aan de kwaliteit van leven”, vult Joke aan. “Ik werk vrijwillig mee, vrijblijvend is het echter niet. De toepassing van het onderzoek is daarbij altijd heel belangrijk geweest. Wat kun je ermee in de praktijk? Dat vind ik heel relevant. Voor mij is het een geweldige ervaring geweest die ik voor geen goud had willen missen.”
Benut je netwerk, altijd
Netwerken zijn enorm belangrijk, Wendy kan het niet genoeg benadrukken. “In de ouderenzorg worden ze alleen maar relevanter en is het goed dat professionals meer tools krijgen om echt te kunnen samenwerken met informele partijen. Ook als hogeschool laten we kansen liggen om informele netwerken te benutten, bijvoorbeeld voor onderzoek. We zoeken naar andere onderzoekers of in het werkveld, ver weg, laten studenten meewerken om informatie op te halen terwijl er in het informele netwerk in en rondom de HAN – bijvoorbeeld onze alumni of oud medewerkers – al zo veel kennis zit. Informeel netwerk zit overal, met kennis. Die halen we er zo weinig bij, daar moeten we ècht meer mee doen.”
Over Wendy Kemper
Wendy Kemper is onderzoeker bij het HAN lectoraat Organisatie van Zorg en Dienstverlening en programmamanager van de Zorgalliantie en HAN Centre of Expertise Krachtige Kernen. Ze is onlangs gepromoveerd. Haar passie voor netwerken gebruikt ze in haar onderzoek, in onderwijs dat ze geeft in de post HBO Verpleegkundige Gerontologie Geriatrie en in verbeterprojecten die ze samen met wooncorporaties, welzijns- en zorg- organisaties en de HAN vormgeeft.