Nieuwe Alliander-technici volgen cursus op de HAN
Hoe kom je aan goede energieprofessionals wanneer personeel niet voor het oprapen ligt? De HAN, Alliander en arbeidsbemiddelingsbureau YER zorgen samen dat nieuw talent wordt opgeleid tot energie-ingenieur.
Van de vacatures die te maken hebben de energietransitie is 36 procent onvervulbaar, becijferde ABN AMRO onlangs. De bank noemt ‘het historische personeelstekort’ een struikelblok voor de transitie naar een duurzame energievoorziening. Het bedrijf is niet de enige. Dit is een van de vele berichten die laten zien hoe ingewikkeld het is om personeel te vinden voor energie-gerelateerde functies.
Werken aan oplossingen
Kennisinstellingen en bedrijven werken samen om het aantal arbeidskrachten in de energiesector te vergroten. Neem arbeidsbemiddelingsbureau YER. Dat werft onder meer technische talenten voor Alliander en neemt deze tijdelijk in dienst. In die tijd nemen de technici deel aan het Talent Development Program van YER, waarbinnen zij klaargestoomd worden voor hun nieuwe functie. Ze volgen bijvoorbeeld onderwijs op hogescholen.
Zo draait op de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) een speciale versie van de Power Course. De Power Course is gericht op energieopwekking, -transport en – distributie. “We hebben het over energiecentrales, zonneparken, windmolens et cetera”, zegt John Bernard, post-hbo-cursus-manager op de HAN. In de variant die nu draait, is extra veel aandacht voor het werk van netbeheerders. Met name het distributienet.
Technici vormen onze belangrijkste populatie. Die hebben we nodig om het werk te doen dat de komende jaren op ons afkomt, onder andere door de energietransitie.
Bijscholen voor de energiesector
De deelnemers aan de cursus zijn veelal afgestudeerden die bijscholing nodig hebben om met energienetten aan de slag te kunnen. “De instroom bestaat niet alleen uit elektrotechnici, wat je misschien zou verwachten. Technici in het algemeen kunnen meedraaien en zelfs niet-technici”, zegt Bernard. “We hebben bijvoorbeeld cursisten gehad die als projectmanager actief zijn.”
In de energiesector is vraag naar allerlei disciplines. “Inmiddels hebben we op alle vlakken mensen nodig. Van managementfuncties tot aan ondersteuning”, zegt Evelien Dijksma, senior corporate recruiter bij Alliander. “Maar de grootste uitdaging zit hem in technische functies. Technici vormen onze belangrijkste populatie. Die hebben we nodig om het werk te doen dat de komende jaren op ons afkomt, onder andere door de energietransitie.”
Starten als engineer
De deelnemers die in mei gestart zijn met de cursus, gaan aan de slag als engineer bij bedrijfsonderdeel Liander. Daar houden ze zich bijvoorbeeld bezig met netverzwaring of -aansluitingen. “Ze brengen in kaart hoe de omgeving eruitziet, zowel onder- als bovengronds. Vervolgens maken ze een plan – inclusief berekeningen – en tekenen dit uit. Daarna doen ze werkvoorbereiding. Dat zit voor een groot deel in vergunningen aanvragen, contact met de aannemer, contact met de klant.” Vanuit die functie kunnen ze doorgroeien, laat Dijksma weten.
De eerste twee jaar zijn de Alliander-technici in dienst bij arbeidsbemiddelingsbureau YER, het bedrijf dat de cursisten heeft binnengehaald. YER richt zich specifiek op het werven van níeuw talent. “Wat je veel ziet, is dat bedrijven mensen bij andere bedrijven weghalen. Maar dan worden die alleen maar duurder, want als ze een stap maken willen ze ook een hoger salaris. Daarom kiezen wij ervoor om mensen op te leiden binnen die schaarste”, zegt Edwin van Batenburg, General Manager bij YER.
Gemotiveerde mensen vinden
Het opleidingsaanbod van de HAN sloot goed aan op de vraag van Alliander en YER, laat Van Batenburg weten. “De HAN hebben wij heel bewust gekozen voor de energietechniek. Je ziet dat deze hogeschool heel goed aangeschreven staat op het gebied van energie, dat goede docenten daarnaartoe gaan en dat er prachtige praktijkruimtes zijn waar studenten aan de slag kunnen.”
Op de HAN is ook aandacht voor de maatschappelijke kant van energie. Een belangrijk element in de werving van nieuwe mensen. Van Batenburg: “De nieuwe generatie wil maatschappelijk betrokken zijn. Dat is echt een verschil met vroeger. Tien jaar geleden ging het puur om het salaris en een vast contract. Nu worden maatschappelijke betrokkenheid en duurzaamheid als belangrijke elementen gezien.”
Structurele samenwerking
YER, Alliander en de HAN ontwikkelen een recruitment- en opleidingstraject dat vele malen herhaald kan worden. Van Batenburg: “We ontwikkelen duurzame programma’s. Die draaien dus niet maar één keer. Dat biedt ruimte voor verbetering; als je het eerste programma vergelijkt met nu, dan is er best wat veranderd. We leren gaandeweg.”
In het SEECE-netwerk zijn meer programma’s ontwikkeld die zorgen voor nieuw talent in de energiesector. Het centre of expertise mikt hierbij op nieuwe doelgroepen. Er zijn trajecten voor zij-instromers, statushouders en havisten die praktisch opgeleid willen worden. Door deze groepen aan een baan én een opleiding te helpen, groeit de groep die de komende jaren werkt aan een betrouwbare energievoorziening.