Van running business naar staande (inn)ovatie
Een robuuste organisatie en een innovatie die broodnodig is. 2 elementen die per definitie haaks op elkaar staan. Met vernieuwers uit de zorgpraktijk keken we tijdens 2 workshops naar dit spanningsveld binnen hun eigen organisatie. Hoe zien we dit spanningsveld en welke dilemma’s komen we tegen?
Innoveren vanuit een ambidextere bril
Hoe kunnen we naar onze organisatie kijken vanuit de bril van ambidexteriteit? Deze vraag stond centraal tijdens de eerste workshop met vernieuwers uit de zorgpraktijk en de academie Gezondheid en Vitaliteit. De vernieuwers zijn verbonden aan het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis, Rijnstate, Stichting De Waalboog, Bernhoven Ziekenhuis en Sensire.
Ambidexteriteit is het implementeren van de balans tussen het reguliere proces van bijvoorbeeld zorg verlenen en anderzijds leren pionieren en innoveren in het ecosysteem.
Het WRR-rapport ‘kiezen voor houdbare zorg’ (2021), benoemt het nog maar weer eens heel erg scherp; met alleen de nadruk op optimaliseren en efficiënter maken van zorg, geven we onvoldoende perspectief op toegankelijke en houdbare zorg voor de toekomst. We moeten als organisatie processen, structuren en strategieën verfijnen en tegelijkertijd is het nodig om deze omver te werpen om op een langere termijn succesvol te zijn. Deze processen zijn van nature tegengesteld en niet goed verenigbaar. Het goed kunnen omgaan met het spanningsveld dat deze tegengestelde processen geeft, noemen we ook wel ambidexteriteit (Kassotaki, 2022).
Dit spanningsveld geeft verschillende dilemma’s. Hilde de Groot gaat in deze blog verder in op van één van de dilemma’s dat naar voren kwam tijdens de workshop.
Profeten en tovenaars
“We hebben enthousiastelingen in de organisatie, maar ook mensen die het allemaal niet zo nodig vinden, dat innoveren. Wie betrekken we nou bij onze innnovatieopdracht?” Het is een veel gehoorde vraag waar vernieuwers mee worstelen. Rogers (2003) geeft ons hier een mooi handvat. In zijn boek ‘Diffusion of innovations’ beschrijft hij de bekende innovation curve. Hij laat zien dat de innovators en early adopters enthousiaste ontvangers zijn van nieuwe ideeën. Het zijn de collega’s die graag als eerste willen meedoen in het innovatieproject en de mensen die als één van de eerste de nieuwste producten en diensten omarmen. De laggards daarentegen, bevat de groep die niet zo een-twee-drie voor de innovatie te porren is.
Je eerst richten op de ‘makkelijke groepen’ is dan ook een voor de hand liggende gedachte. Zeker ook omdat innovatieprocessen ingewikkelde puzzels zijn waarin je zelf nog zoekende bent naar onbekende oplossingen. Met deze groep kun je de innovatie verder ontwikkelen en de kinderziektes eruit halen. Is het succes eenmaal zichtbaar en de innovatie steeds beter, dan verspreidt het zich vanzelf verder.
Maar de achterblijvers dan? Hebben die geen goede argumenten? Hebben we met onze innovatiebril wel voldoende oog voor kritische geluiden? En is er eigenlijk wel echt sprake van vooruitgang? Ik moest daarbij denken aan het essay in het NRC (2022), waarin het klimaatprobleem werd bezien vanuit de techno-optimisten en de degrowthers. De techno-optimisten, de tovenaars, hebben een rotsvast vertrouwen in technologie als oplossing van ons klimaatprobleem. De degrowthers, de profeten, zien alleen krimp daadwerkelijk als oplossing. De profeten en de tovenaars hebben een heel ander wereldbeeld en er is veel voor te zeggen dat beide perspectieven waardevol en noodzakelijk zijn om de grote klimaatuitdaging het hoofd te bieden.
Processen van elkaar scheiden
Ook in het zorgdomein speelt deze discussie. De tovenaars zien prachtige oplossingen om zorg toegankelijk en beter te maken voor iedereen. De profeten hebben grote vraagtekens of technologische innovaties uiteindelijk niet gaat leiden tot meer en duurdere zorg (WRR, 2021). Een beetje tegenwicht is wellicht voor vernieuwers hard nodig om geen blinde vlekken te ontwikkelen. Een pleidooi dus, voor een dialoog tussen de vernieuwers en de achterblijvers.
Voor beide ‘stromingen’ is wat te zeggen en we zien deze ook terug in de literatuur rondom ambidexteriteit. Vanuit de bril van structurele ambidexteriteit los je het spanningsveld op door het proces van exploitatie en exploratie parallel te organiseren. Door processen, al dan niet tijdelijk, van elkaar te scheiden kun je beide goed tot bloei laten komen. Simpel gezegd, je creëert wat innovatieruimte, om niet meteen te worden opgeslokt door tegenkrachten en de weerbarstige praktijk in de complexe organisatie. De kunst is om in je structuur bruggen te bouwen, die ervoor zorgen dat je speedbootje verbonden blijft met de grote olietanker, bijvoorbeeld door overleg op vaste momenten tussen de speedboot en de olietanker.
Samenbrengen van diversiteit
Vanuit de bril van contextuele ambidexteriteit, zoek je de oplossing het creëren van adaptieve systemen. Het vraagt aandacht voor het samenbrengen van diversiteit in perspectieven en iteratieve werkwijzen. Op projectniveau zien we dat bijvoorbeeld oplossingen worden gezocht in agile werken of design thinking. Door met elkaar verschillende standpunten te verkennen ontstaat er wederzijds begrip voor elkaar en draagvlak voor de ontwikkelde oplossing. Bruggen bouw je op die manier al gaandeweg met elkaar tijdens het innovatietraject.
Speelruimte is essentieel om innovaties tot bloei te laten komen, maar te veel speelruimte heeft het gevaar dat de speedboot en de olietanker elkaar kwijtraken op de volle zee. Ga je te snel de verbinding zoeken, dan is de vraag of je nog wel radicale vernieuwing komt. Voor mij zit de kunst in het goed balanceren tussen deze twee. Door ruimte te creëren voor innovatie evenals kritische reflectie en wederzijds begrip voor verschillende perspectieven op de maatschappelijke uitdagingen en oplossingsrichtingen.
Over Hilde de Groot
Hilde de Groot is als onderzoeker betrokken bij het zwaartepunt Smart Region. Onder die vlag verdiept zij zich in de haken en ogen van innoveren binnen organisaties en de ambidexteriteit die dat in zich draagt. Daarnaast is Hilde onderzoeker bij het lectoraat Smart Business.
Hilde gebruikte de volgende bronnen voor haar blog:
- Everett, M. Rogers (2003). Diffusion of innovations. (5e druk), Free Press, New York.
- Kassotaki, O. (2022). Review of Organizational Ambidexterity Research. SAGE Open, 12(1), 21582440221082127.
- Stellinga, M. (24 juni 2022): Wordt het krimpen voor het klimaat, of groen groeien? NRC Handelsblad. Geraadpleegd op 11 oktober 2022, van https://www.nrc.nl/nieuws/2022/06/24/wordt-het-krimpen-voor-het-klimaat-of-groen-groeien-a4134587
- Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) (2021). Kiezen voor houdbare zorg. Mensen, middelen en maatschappelijk draagvlak. Den Haag.