Promotieonderzoek

Andere mindset: stel altijd de ‘waarom-vraag’ bij ontwikkelen van software

Afronding promotietraject Theo Theunissen
  • Slim
  • Schoon
  • Sociaal
  • Slim
  • Schoon
  • Sociaal

Bij het ontwikkelen van software leggen ontwikkelaars vaak goed vast wát ze zoal doen. Maar waaróm wordt die knop groen als je er op klikt en niet rood? Dit wordt meestal niet vastgelegd. Het is cruciaal dit wel te doen, stelt Theo Theunissen vast in zijn promotieonderzoek.

Het is volgens hem nodig om kennis over te dragen en kwaliteit te waarborgen. Theo Theunissen promoveerde afgelopen jaar binnen de Academie IT & Mediadesign op zijn onderzoek rondom architectuurdocumentatie. Hij werkt daarnaast als docent en houdt zich graag bezig met filosofie en ethiek. 

Werken in een kasteel was inspirerend

Druk vindt Theo het niet zozeer, want het promotieonderzoek was erg interessant en voerde hij graag uit. Hij startte zijn traject in januari 2018 en rondde het in 2023 met succes af. Uit enthousiasme besloot Theo naast de vereiste papers er nog een aantal extra te schrijven.

Hoe kreeg hij dit voor elkaar? “Mijn tip voor iedereen die aan zijn promotieonderzoek werkt: doe dit niet op je werkplek, waar collega’s en studenten je afleiden. En ook niet thuis, want dan ga je toch de afwasmachine even inpakken. Ik heb ervoor gekozen om regelmatig in een kasteel te werken en dat werkte heel goed. Het was inspirerend en goed voor mijn concentratie. Er waren pauzes die strak stonden ingepland en ik werd door het personeel afgeschermd van afleiding. Een echte aanrader”, vertelt Theo. 

Portretfoto promovendus Theo Theunissen

Code maken is leuk, het ‘waarom’ opschrijven minder

Het promotieonderzoek draait vooral om kennisoverdracht bij het ontwikkelen van software. Een ondergeschoven kindje, maar volgens Theo cruciaal om aandacht aan te besteden. Hij legt uit: “Ontwikkelaars vinden het leuk om code te maken, maar opschrijven waaróm ze iets doen vinden ze veel minder boeiend. Dit is juist heel belangrijk, de taak van een ontwikkelaar is werkende software opleveren en er kennis over achterlaten. Daarvoor is altijd antwoord op deze vragen nodig: 

  • Wat heb ik nodig bij de start van een project, om te kunnen beginnen? 
  • Welke kennis hebben anderen nodig, om het te installeren, te gebruiken en te onderhouden? 

Als een ontwikkelaar zijn werk goed doet, is altijd wel terug te vinden wát er is gedaan, in de broncode van een website bijvoorbeeld. Maar het waarom zie je daar niet. Een knop wordt bijvoorbeeld groen als je erop klikt en daar is over nagedacht. Dat dit gebeurt kun je terugvinden, maar waarom is die keuze gemaakt? Uit onderzoek bleek bijvoorbeeld dat groen duidelijker is voor de gebruiker dan rood en meer verkoop oplevert. Het is heel nuttig om dit dan ook te beschrijven, om te voorkomen dat een collega dit zomaar verandert.”

 

Theo Theunissen over de resultaten uit zijn promotieonderzoek

Goede documentatie van keuzes

Er zijn genoeg mogelijkheden om het ‘waarom’ vast te leggen. Theo geeft aan dat dit bijvoorbeeld met GIT kan. GIT is software waarin je broncode bewaart, in de oude en nieuwe situatie. Dat wordt handig gedocumenteerd en is terug te lezen. Het is mogelijk om hierin ook een beschrijving van de keuzes toe te voegen. “Dit vraagt om een andere mindset van ontwikkelaars. GIT biedt deze optie en is daarmee een waardevolle verzameltool voor softwareontwikkelaars. Uit mijn onderzoek blijkt dat dit nog veel te weinig gebeurt, terwijl er redenen zijn om dit wel te doen. Het helpt om betrouwbare software op te leveren."

"Waarom dit nog niet eerder is bedacht? Het vak is nog niet zo volwassen, softwareontwikkeling is iets van de laatste decennia. Logisch dus dat dit soort dingen nu aan het licht komen. Een belangrijk uitgangspunt bij softwareontwikkeling is het Agile werken, voortschrijdend inzicht staat daarbij voorop. Je levert delen op en stuurt bij tijdens het proces, op basis van gebruikservaringen. Dit maakt je wendbaarder en draagt bij aan een beter eindproduct. Hier past het vastleggen van het ‘waarom’ heel goed bij”, licht Theo toe. 

Studenten goede gewoonte aanleren

Theo pleit ervoor om studenten vanaf de start van hun studie aan te leren om altijd op te schrijven waarom ze bepaalde dingen doen. Het wordt dan een goede gewoonte. Wat levert dit op? Theo vertelt: “Je houdt hierdoor meteen meer rekening met stakeholders én met de gebruikers van het product. Je gaat beter nadenken over wat je precies doet. Ook draag je op deze manier kennis over en waarborg je de kwaliteit. Dit alles helpt enorm om betrouwbare software op te leveren. Voor onze studenten heeft deze manier van werken belangrijke voordelen. In plaats van alleen maar te produceren, zoals nu in het hbo regelmatig het geval is, ga je naar een meer explorerende werkwijze. Studenten kunnen het vakgebied verkennen, vergroten en vernieuwen.” 

Het is goed om studenten vanaf de start van hun studie te leren om altijd op te schrijven waarom ze bepaalde dingen doen. Het wordt dan een goede gewoonte. Deze manier van werken biedt studenten belangrijke voordelen.

Kennis heeft ook een sociale kant, door het te delen

Tijdens zijn onderzoek richtte Theo zich op 21 bedrijven, instellingen en overheden. Hoewel er veel kennis aanwezig is over software, mist er regelmatig iets op het gebied van de overdracht daarvan. Kennis heeft door het te delen voor Theo ook een sociale kant. Tijdens zijn onderzoek keek hij mee bij onder andere Linux, een opensource-softwareapplicatie. Bij open source is er vrije toegang tot de bronmaterialen (de source) van het eindproduct. Kennis delen is juist dan erg belangrijk, ontwikkelaars over de hele wereld werken hieraan. Deze vorm van software bleek het beste te worden gedocumenteerd.

Ook onderzocht Theo bedrijven die juist closedsource-software ontwikkelen, waarbij de broncode juist niet vrij toegankelijk is. Hier bleek de documentatie het slechtst op orde te zijn. Niet handig, vindt hij, want hierdoor wordt de kennis erg afhankelijk van mensen binnen zo’n bedrijf. Theo: “Dit is zeker het geval als er in organisaties veiligheidsoverwegingen meespelen, bij de marine of het Nederlands Forensisch Instituut bijvoorbeeld. Hier is het vraagstuk complex, maar ook daar is het verstandig om de mond-tot-mond-overdracht minder centraal te stellen. En dus de waarom-vraag beter te documenteren.” 

Kritische professionals zijn hard nodig

Het promotieonderzoek van Theo leverde nieuwe inzichten en concrete adviezen op voor bedrijven. Het belangrijkste advies is om te documenteren wat de reden van een wijziging is: waarom je de wijziging op deze manier hebt doorgevoerd. Het 2e advies is om dat zo dicht mogelijk bij de software te bewaren, in dit geval in GIT. Het 3e advies: een constructief-kritische houding aanleren. Om de opdracht die je krijgt als student, professional of onderzoeker beter te begrijpen en uit te voeren. Deze adviezen liggen in elkaars verlengde. Bedrijven kunnen daarmee direct verder en zien de meerwaarde van deze andere manier van denken en werken zeker in.

Ook ontwikkelde hij een advies voor de HAN, om de invulling van het onderwijs te verbeteren. “Hier zou bij een nieuw promotietraject nog wat meer aandacht voor kunnen zijn. Het is goed om van tevoren samen vast te stellen wat je binnen het onderwijs gaat doen met onderzoek dat vanuit de HAN wordt gefaciliteerd. Zo kunnen we onze studenten opleiden tot kritische professionals, die hard nodig zijn in de maatschappij”, zegt Theo tot slot. 

 

Promotor: Prof. Dr. S. Brinkemper (Universiteit Utrecht) 
Co-promotoren: Dr. S. Overbeek (Universiteit Utrecht) en Dr. S. Hoppenbrouwers (HAN) 

Smart Region
 

Samen slim

Digitale toepassingen worden steeds sneller ontwikkeld en technologie neemt een steeds belangrijkere plek in ons leven in. Deze digitale innovaties vragen om goede wendbaarheid van mensen, teams en organisaties. Met het samen leren innoveren, delen van kennis en het creëren van ontmoetingsplekken helpt onze focus Slim - Smart Region daarbij. Op deze manier hebben we impact op de digitale toekomstbestendigheid in het werkveld en in ons onderwijs.

  • Slim
  • Schoon
  • Sociaal
Samen Slim - Smart Region