‘We moeten mensen anders opleiden binnen de energietransitie’
Erik Folgering is vanaf 1 september programmamanager van SEECE, hét centre of expertise waarin partijen samenwerken aan een duurzaam en betrouwbaar energiesysteem. Samen met Eva Peters, Regiolead Arbeidsmarkt & Onderwijs (Regio Oost) bij partner Alliander, kijkt hij vooruit.
Het begon een aantal jaren geleden met een handvol studenten, als proef. Inmiddels is het Operational Network Program (ONP) een volwaardige leerroute van Alliander en de HAN University of Applied Sciences. Daarin worden jongeren na de havo in de praktijk opgeleid binnen de energie- en elektrotechniek. Ze werken vier dagen in de week bij Alliander en gaan één dag per week naar school. Na twee jaar hebben ze de associate degree afgerond en kunnen ze fulltime aan de slag of nog twee jaar doorstuderen voor een bachelor-diploma.
Typisch SEECE
“Het is een typisch SEECE-project: samen met Alliander en de HAN hebben we iets kleinschalig opgezet om te ontdekken of het werkt. Als dat het geval is, wordt er opgeschaald”, zegt Erik Folgering van SEECE. Eva Peters van Alliander: “Daar zit de meerwaarde van SEECE: partijen bij elkaar brengen, zodat we de krachten bundelen en er niet alleen goede individuele acties worden ondernomen.”
Verbindende rol
Folgering: “Zo wil ik SEECE graag blijven zien; vanuit een verbindende rol snel tot concrete actie komen. Want effectiviteit staat hoog in ons vaandel. Het wordt de komende jaren vooral een grote uitdaging om alle kleine acties op te schalen, zodat ze nog meer impact maken. Dat is nog hard nodig, maar best ingewikkeld.”
“De kracht van SEECE is om vraagstukken op de juiste plek neer te leggen en zo waardevolle ‘combinaties’ te maken”
Energietransitie
Zowel Folgering als Peters zijn al jaren actief in de energietransitie. Folgering is nu acht jaar betrokken bij SEECE als clustermanager Leren en Ontwikkelen en sinds 1 september de programmamanager van het expertisecentrum. Peters werkt als Regiolead Arbeidsmarkt & Onderwijs (Regio Oost) bij Alliander en probeert — kort door de bocht — meer mensen te verleiden om te kiezen voor een baan in de energietransitie. Daarvoor versterkt ze onder meer de relatie tussen Alliander, het onderwijs en ketenpartners zoals aannemers.
Personeelstekort
Want naast technologische innovaties waar op allerlei plekken hard aan wordt gewerkt, is één van de grootste uitdagingen binnen de energietransitie het personeelstekort. Folgering: “Dat geldt voor technisch geschoold personeel, maar net zo goed voor mensen met een economische, financiële of juridische achtergrond. En het geldt voor alle opleidingsniveaus. De uitdagingen in de energietransitie zijn namelijk complex en veelzijdig.”
Maatschappelijk betrokken
“Gelukkig is er nu een generatie studenten en young professionals die meer dan ooit maatschappelijk betrokken is”, zegt Peters. “We proberen hen aan te spreken op de belangrijke én uitdagende maatschappelijke taak die er ligt: het energienet klaarmaken voor de toekomst.
Om iedereen die overweegt te gaan werken in de energietransitie ook daadwerkelijk snel aan de slag te krijgen, moet er wel een transitie worden gemaakt in ‘leren en ontwikkelen’, is de conclusie van Folgering en Peters. Mensen — jong en oud — moeten op een andere manier worden opgeleid.
Meerdere opleidingsvormen
Folgering: “Nieuwe aankomende professionals worden nog veelal uniform opgeleid, terwijl er steeds meer mogelijkheden zijn om ze specifiek op hun diversiteit en maatschappelijke betrokkenheid aan te spreken. Te vaak nog krijgen ze in een opleiding op hetzelfde moment allemaal dezelfde stof, die ze op een klassieke manier tot zich moeten nemen. En zoiets werkt niet voor iedereen en is niet altijd constructief. Sommigen vergeten waarom ze voor de techniek hadden gekozen, haken af en kiezen voor een carrière buiten de sector. Dat is zo zonde, want er zijn veel meer mogelijkheden om iemand op te leiden.”
Bijvoorbeeld dus via zo’n Operational Network Program, dat bij Alliander is opgezet. “Maar ook binnen de HAN wordt gekeken naar andere opleidingsvormen”, zegt Folgering. “Zo is er nu een pilot met ‘Challenge Based-opleiden’. Bedrijven als Alliander brengen vraagstukken in, waarmee studenten aan de slag gaan. Ze lopen dan vanzelf tegen iets aan waarvoor ze inhoudelijke kennis nodig hebben. Die wordt vervolgens geboden. Het vertrekpunt is dus niet de kennis, maar het praktische vraagstuk.”
Diploma-gedreven
De pilot is bedoeld voor studenten die gestopt zijn met een reguliere opleiding en voor zij-instromers. Want ook voor zij-instromers moet er anders naar opleiden gekeken worden, vinden Folgering en Peters. “Van oudsher zijn we diploma-gedreven”, zegt Peters. “Je mag sommige werkzaamheden binnen het energienet pas uitvoeren, als je precies de juiste opleiding hebt afgerond. Maar er zijn zij-instromers van aanverwante branches met technisch inzicht, die alleen een bepaald certificaat missen. Zij gaan geen hele opleiding doen. Dat is niet nodig. Bovendien duurt het dan onnodig lang, voordat ze inzetbaar zijn. Zulke mensen moeten we anders opleiden, bijvoorbeeld door ze steeds een deel van een opleiding te laten doen, terwijl ze al aan het werk zijn.”
Behoud personeel
Een derde belangrijke pijler in de transitie van leren en ontwikkelen, naast jongeren en zij-instromers anders opleiden, is het behouden van het huidige personeel. Peters: “We proberen logische loopbaanpaden te ontwikkelen, zodat iemand binnen de energietransitie een nieuwe uitdaging kan vinden en voor een nieuwe prikkel niet naar een andere sector hoeft over te stappen. Want dat zie je nu regelmatig gebeuren.”
Verbindende schakel
Met SEECE wil Folgering zulke goede initiatieven, die op allerlei plekken ontstaan, herkennen en een duw in de rug geven door als verbindende schakel te fungeren tussen publieke en private partijen. Dat geldt voor veelbelovende ideeën binnen de transitie van leren en ontwikkelen, maar ook binnen de twee andere transities binnen de energietransitie waar SEECE zich op richt, die in technologie en maatschappelijke samenwerking.
Opschalen
“De kracht van SEECE is om vraagstukken op de juiste plek neer te leggen en zo waardevolle ‘combinaties’ te maken”, zegt Folgering. “Ik ben trots op wat we daardoor allemaal al bereikt hebben in de afgelopen elf jaar. Een grote uitdaging waar we nu voor staan is om op te schalen, terwijl we gefocust blijven op het boeken van snelle resultaten. In kleine projecten, met veel persoonlijke aandacht, kan je snel tot actie komen. Dat wordt een uitdaging als een project groter wordt en meer partijen betrokken raken. Maar daar gaan we ons wel voor inzetten.”
“Daar zit de meerwaarde van SEECE: partijen bij elkaar brengen, zodat we de krachten bundelen en er niet alleen goede individuele acties worden ondernomen.”
Erik Folgering is per 1 september de nieuwe programmamanager van SEECE. Ben je benieuwd naar zijn achtergrond en ambities? Je leest er hier alles over.