HAN-promotiebeurs: onderzoek beweegprogramma bij kinderen
Jan Willem Teunissen, HAN-docent en onderzoeker bij het Lectoraat Herkennen en Ontwikkelen van Sporttalent, heeft een HAN-promotiebeurs ontvangen. Sinds 1 februari is hij gestart met het onderzoeksproject 'Transfer of fundamental motor skills between sports in young children'. Welke onderzoeksvragen gaat hij beantwoorden?
Kinderen leren op meerdere manieren en in diverse omgevingen om te sporten en te bewegen.
- Zou een kind gerichte ontwikkelingsroute niet meer recht doen aan hun motorische ontwikkeling dan context afhankelijke ontwikkelingsroute?
- Welke effecten heeft een fundamenteel motorisch programma op motivatie, op algemene en sportspecifieke beweegvaardigheden bij kinderen?
Dit zijn vraagstellingen van het promotie-onderzoek van Jan Willem Teunissen.
Brede motorische ontwikkeling
''Kinderen leren bewegen in hun vrije tijd, ze spelen buiten en krijgen bewegingsonderwijs op school. In weer een andere context, bij de vereniging, leren ze sport specifieke vaardigheden'', licht promovendus Jan Willem Teunissen toe.
''Mijn onderzoek gaat uit van de vraag of een meer fundamentele route van motorische ontwikkeling uitkomst biedt om kinderen goed te leren bewegen en uiteindelijk daarmee een leven-lang sporten of wellicht langer op topniveau presteren. Deze route gaat dus niet uit van de sportcontext -kinderen een sport aanleren-, maar van de brede motorische ontwikkeling van het kind''.
Fundamental Movement Skills
''De fundamentele route houdt in dat kinderen in eerste instantie 'beweegvaardig' moeten worden door het leren Fundamental Movement Skills (FMS). Daarna gaan ze zich -pas op latere leeftijd- specialiseren in één of meerdere sporten. De FMS zijn de motorische basis van alle sport en spel activiteiten''.
In totaal gaat het in het praktijkgerichte onderzoek om het monitoren en evalueren van een doelgroep van 2.000 kinderen in de leeftijdscategorie 8-12 jaar binnen de schoolcontext.
Beoogde uitkomsten
Jan Willem Teunissen beoogt met zijn onderzoeksproject de volgende uitkomsten:
- Aantonen dat de huidige opvatting en invulling van het ontwikkelen van motorische vaardigheden binnen een sport niet toereikend is om het kind breed motorisch te laten ontwikkelen
- Opzetten van een motorisch ontwikkelingsprogramma voor kinderen (8-12 jaar) dat recht doet aan de FMS
- Implementeren en borging van de concepten van een ‘kind georiënteerd’ bewegingsprogramma binnen het huidige werkveld van de sport- en beweegprofessional
Praktische handreikingen en aanbevelingen
De laatste fase van het onderzoek voorziet in praktische handreikingen en aanbevelingen voor sport- en beweegprofessionals in een breed (internationaal) netwerk.
De ontwikkelde kennis en inzichten worden steeds gedeeld met de docenten en studenten van HAN Sport en Bewegen en tevens opgenomen in het (post-initiële) onderwijsaanbod:
Uitvoering en begeleiding van het onderzoeksproject
Bij de uitvoering van het onderzoeksproject zijn de volgende partners betrokken:
- Lectoraat Herkennen en Ontwikkelen van Sporttalent
- Onderzoeksgroepen Universiteit Gent (UGent) en Vrije Universiteit Amsterdam
- Spartanova / UGent dataverzameling en verwerking
- Gemeente Nijmegen
- Topsport Gelderland
De begeleiders van het promotieonderzoek zijn:
- dr. Johan Pion, HAN-lector Herkennen en Ontwikkelen van Sporttalent
- prof. dr G.J.P. Savelsbergh, Faculty of Behavioural and Movement Sciences, Motor learning & Performance IBBA, Vu Amsterdam
- promotor prof. dr. M. Lenoir, Vakgroep Bewegings- en Sportwetenschappen, Universiteit van Gent