Hoe behouden we Pabo-afstudeerders voor het onderwijs?

Het primair onderwijs krijgt in de regio Zuidoost-Nederland vanaf 2025 te maken met een groeiend lerarentekort. Onderzoek laat zien waar kansen liggen voor een vloeiende overgang tussen opleiding en werk.

De leerlingen leggen een puzzel en de lerares helpt hen hierbij

Schoolbesturen in de regio Zuidoost Nederland en de HAN Academie Educatie zien het als een gezamenlijke taak om het lerarentekort terug te dringen. Ze doen dat via de Regionale Aanpak Personeelstekort (RAP), vanuit de RAP-regio’s Arnhem-Renkum, Nijmegen, Florent/RTC-GU en RAP Noordoost-Brabant. Onderzoek geeft hen inzicht in de doorstroom van de HAN Pabo naar het werkveld: gaan net afgestudeerde po-leraren inderdaad werken in het onderwijs? En wat bepaalt of ze dat wel of niet doen?  

Oplossing lerarentekort vraagt om strategie

Het antwoord op die vragen is belangrijk, vertelt Arianne de Bruin, projectleider van de RAP-regio’s Arnhem-Renkum en Nijmegen. “Schoolbesturen moeten een strategie bepalen om de lerarentekorten op te lossen. Voor die strategische personeelsplanning (SPP) gebruiken de aangesloten besturen data over hun zittende personeel; die gegevens zijn al eerder in kaart gebracht. Maar wat ook belangrijk is, is inzicht in de potentiële nieuwe aanwas: waar komen pabo-afstudeerders terecht en wat is nodig om deze jonge leraren blijvend te boeien en binden?” Dat is nu onderzocht voor het basisonderwijs in de brede regio Zuidoost-Nederland. 

Samen opleiden

Joke Kiewiet werkt bij de HAN als projectleider en onderzoeker Regionale samenwerking in de doorgaande ontwikkeling van leraren in po, (v)so, vo en mbo. Zij licht toe waarom het ook voor de HAN belangrijk is om te weten welk pad afgestudeerden volgen: “Onze verantwoordelijkheid stopt niet na de diplomering. We leiden professionals op voor het onderwijs, waar ze keihard nodig zijn. Als we weten waar in de doorstroom de kansen en pijnpunten liggen, weten we ook aan welke knoppen we kunnen draaien om de aansluiting tussen opleiding en werk te optimaliseren. En waar we eventueel na de opleiding van toegevoegde waarde kunnen zijn om professionals voor het onderwijs te behouden.” 

Joke Kiewiet

Onderzoeksvragen

De onderzoekers stelden 2 onderzoeksvragen: 

  • Zijn afgestudeerden van de HAN Pabo na hun diplomering gaan werken in het onderwijs? Zo ja: in welke onderwijssoort, regio en bij welk bestuur? En hoe verhouden die aantallen zich dan tot het landelijke beeld? 

  • Waarom kozen starters ervoor om wel of niet in het onderwijs te gaan werken? En hoe kijken afgestudeerden terug op de opleiding, de doorstroom van opleiding naar werk en de ervaring als beginnende leraar in het po? 

De onderzoeksaanpak

In het onderzoek is gewerkt met 4 verschillende methodieken, vertelt onderzoeker Martijn Peters. “We voerden desk research uit om te bepalen wat al bekend is uit eerder (landelijk) onderzoek rondom dit thema. Verder gebruikten we klassenlijsten van de afgelopen 3 jaar om via LinkedIn te kijken waar deze afstudeerders nu werken of studeren. Daarnaast stuurden we de afstudeerders uit 2022 een enquête, waarin we hen vroegen: waar ben je gaan werken of gaan doorstuderen, en wat heeft je keuze beïnvloed? Tot slot hebben we verdiepende interviews afgenomen om de reden achter de gemaakte keuze beter in beeld te krijgen.’ 

Martijn Peters

De uitkomsten

Arianne: “Een belangrijke uitkomst uit het onderzoek is dat starters vooral moeite hebben met taken buiten het lesgeven, bijvoorbeeld oudergesprekken en administratie.” Dat merkte ook Martijn, tijdens de interviews die hij afnam: “De werkdruk wordt mede daardoor nogal eens als hoog ervaren. Starters lossen dat nu vaak op door niet fulltime te werken, maar eigenlijk zou dat niet nodig moeten zijn.” 

We vonden 'haakjes' voor blijvend werkplezier voor starters’

Tegelijkertijd laat het onderzoek zien waarom starters juist wél in het onderwijs blijven. De meesten voelen zich pedagogisch-didactisch bijvoorbeeld goed voorbereid op hun taak. Arianne: “De input die we kregen, is steeds een haakje om studenten en starters (nog) beter toe te rusten op het beroep, zodat ze hun werkplezier behouden.” Verder staan in de rapportage tabellen met cijfers per schoolbestuur, bijvoorbeeld over de doorstroom: scholen krijgen daardoor meer grip op kansen voor verbetering. 

De aanbevelingen

De onderzoekers doen een aantal aanbevelingen. Zo kan het helpend zijn om in het laatste opleidingsjaar extra aandacht te geven aan uitdagingen waar studenten tegenaan denken te gaan lopen. Verder moet er aandacht zijn voor de werkdruk van startende leraren. Mogelijk biedt een betere voorbereiding op niet-lesgebonden taken verlichting en kan begeleiding daarop worden doorgezet tijdens de startersjaren van de leraar. De onderzoekers geven ook het advies om doorgroeimogelijkheden te schetsen en creëren. En schoolbesturen wordt aangeraden om de cijfers uit het onderzoek als instroomgegevens op te nemen in hun strategische personeelsplanning. In de onderzoeksrapportage staat het volledige overzicht van conclusies en aanbevelingen.   

Hoe nu verder?

Arianne: “De uitkomsten geven inzicht in mogelijke oplossingen voor het lerarentekort, maar nu komt pas waar het uiteindelijk om gaat: keuzes maken. En die keuzes zullen voor ieder bestuur anders zijn.” Los daarvan is het heel mooi dat dit onderzoek een gezamenlijk initiatief was, vult Joke aan: “Dat laat zien, dat we in een brede regio met elkaar samenwerken aan de kwaliteit en het behoud van (toekomstige) leraren. Waarbij ieder bestuur inderdaad zijn eigen keuzes maakt, maar waarin we elkaar ook vinden op thema’s die we regionaal kunnen oppakken.”  

Vervolgonderzoek

Volgend jaar wordt het onderzoek opnieuw uitgevoerd. Dat gebeurt op precies dezelfde manier, maar wel breder: de Radboud Docenten Academie en de opleiding Pedagogische Wetenschappen van Primair Onderwijs van de Radboud Universiteit haken dan ook aan. Net als de tweedegraads lerarenopleidingen van de HAN. Joke: “Dat geeft ons een breder regionaal inzicht over meerdere jaren. We streven naar een betrouwbaar meerjarig beeld, als handvat om de tekorten in de regio werkelijk met elkaar aan te pakken.” 

Het onderzoek is uitgevoerd door onderzoeksteam Kwaliteit van Leraren: Martijn Peters, Eline den Tuinder en Katrijn Opstoel van de HAN Academie Educatie en onderzoeker Joke Kiewiet verbonden aan het HAN Lectoraat Responsief Beroepsonderwijs. Meer weten? Lees de Eindrapportage Onderzoek Pabo-afgestudeerden   

Meer inspirerende verhalen rondom inductie

"Fijn om later in het schooljaar te starten"

Olga Platteschor werkte 10 jaar voor een groot internationaal transportbedrijf en had vanuit die functie veel contact met studenten Logistiek van ROC Nijmegen. In april 2021 maakte ze de overstap als docent Logistiek op deze mbo-opleiding.

Portret Olga Platteschor

"Je moet het meeste zelf ervaren"

Tessa van Lier staat voor het 3e jaar voor de groep op basisschool De Reuzepas in Ewijk. Een inductieprogramma was er wel, maar dat heeft ze amper gevolgd. Ze had genoeg aan de ondersteuning van haar collega's.

Tessa voor de klas

"Ik ben aan het uitvinden hoe ik les wil geven"

Feline Janssen is sinds een jaar leraar Duits op de havo/vwo school Elzendaalcollege in Boxmeer. Haar inductie liep wat anders dan anders. Omdat ze na coronatijd graag nog iets in het buitenland wilde doen voordat ze serieus aan de slag zou gaan, volgde ze na haar voltijd lerarenopleiding op de HAN een extra minor in België.

Portret Feline Janssen

Inductie als onderdeel van doorlopende leerlijn

Een goede begeleiding van startende docenten draagt bij aan de kwaliteit van het onderwijs en helpt om uitstroom in de eerste jaren te voorkomen. Nieuwe docenten komen niet meer alleen via de reguliere opleidingen binnen, maar ook via andere routes.

Het sleutelwoord bij inductie is ‘maatwerk’

“Soms lijkt alles goed te gaan met een startende leraar, maar op een gegeven moment gaan sommigen toch over hun grens,” vertelt docent Scheikunde van het Theresialyceum in Tilburg, Linda van den Broek.

4 docentcoaches aan een tafel spelen Super Agent spel

Inductie als aanjager

Meer dan een kwart van de startende leraren verlaat het vak binnen 5 jaar. HAN-docent onderzoeker en lerarenopleider, Maaike Nap: “Vanuit onderzoek kennen we de aanwijsbare factoren die kunnen helpen om mensen te behouden voor het onderwijsvak. Een goed inductieprogramma is van belang.

Leraar Academische lerarenopleiding primair onderwijs (ALPO) en studenten in de klas

Ervaringsverhalen van starters

“Succes, dit is je klas!” Wie denkt dat het zo werkt als een student na 4 jaar studeren aan een lerarenopleiding van school komt, heeft het mis. Er komt zoveel meer bij kijken. Docent Pabo-Alo, Loïc Fransen en docent Duits, Mart Messink blikken terug op hun eerste tijd voor de klas.

Wat is enculturatie?

Voor het thema 'Enculturatie' ofwel 'Startende leraren ondersteunen en wegwijs maken binnen de school(cultuur)' zijn kennisclips gemaakt met aan het woord HAN-Lector Helma Oolbekkink.

Leren van elkaar

Docentcoach Ellen Weeink is een inspirerend voorbeeld voor nieuwe docenten. Samen met collega Sietske Hobbelink begeleidt ze HAN-medewerkers tijdens hun 1e half jaar voor de klas. Dat levert goede gesprekken en leerzame inzichten op.

Starters-lio-kring versterkt

In welk beroep je ook start: de eerste jaren zijn een uitdaging. In de Liemers begonnen 2 scholen voor (speciaal) basisonderwijs, 7 integrale kindcentra (IKC’s) en de HAN 'de starters-lio-kring'. Want samen bereik je meer.

Passie voor Leren werkt aan onboarden van starters

In de ideale wereld staat iedere (aankomende) docent een leven lang voor de klas. Maar in de realiteit vallen vooral starters nogal eens uit. Wat hebben zij in hun eerste jaren precies nodig? Een aantal vo-scholen introduceerde gesprekskaarten om de kwaliteit van inductietrajecten te bespreken.

Zachtere landing voor beginnende leraren

Diploma op zak, en daar ga je dan: je eerste baan als leraar! Zeker de eerste jaren komen er heel wat uitdagingen op je pad. De vo-scholen in de regio Nijmegen maken de landing graag wat zachter. Onderzoek laat zien waar de kansen liggen.

Onderzoek naar stuurkracht

In het kennisvlog van het platform samen opleiden en professionaliseren vertelt Helma Oolbekkink, lector Naar een meervoudige professionaliteit van leraren aan de HAN, over haar onderzoek naar stuurkracht van startende leraren.

Beeld bij nieuwsbericht whitepaper onderzoek doen stuurkracht van leraren

Gerichte steun voor startende leraar

Startende leraren staan voor een uitdagende opdracht. Te vaak blijkt die behoorlijk zwaar: starters vallen vaker uit dan meer ervaren collega’s en verlaten soms zelfs het vak.

Inductie van startende leraar

Startende leraren struikelen nogal eens. Waarover, en wat is eraan te doen? In een online symposium deelden Helma Oolbekkink (HAN) en Harmen Schaap (RU) de uitkomst van onderzoek waarin ze samenwerkten: de inductiefase heeft nog aandacht nodig.