Dit is je studie

Tijdens het 1e en 2e jaar van de opleiding ontdek je hoe je beeldende middelen inzet om cliënten te helpen. 

Verder leer je cliënten te observeren en een behandelplan te ontwerpen en uitvoeren. Dit doe je op basis van theoretische kennis. Je leert bijvoorbeeld over ontwikkelingspsychologie en sociale ziektebeelden, zoals angst- of eetstoornissen en autisme.  

Een belangrijke vaardigheid die je leert, is het contact maken met je cliënt. Dit en veel meer oefen je in gesimuleerde praktijksituaties, bijvoorbeeld via rollenspellen. 

Ook doe je al in je 1e jaar een oriëntatiestage. Je loopt dan mee op een therapeutische stageplek met een 3e-jaars student. Belangrijk in dit jaar is jouw persoonlijke ontwikkeling. Je doet een heleboel zelfkennis op en krijgt ruimte om te reflecteren. Je ontdekt waar je goed in bent en wat je aan jezelf kunt verbeteren. 

Bij de HAN heb je een persoonlijke coach: je loopbaanbegeleider (slb'er). Dit is je 1e aanspreekpunt binnen de opleiding. Je kunt bij hem of haar altijd terecht met vragen, of voor ondersteuning bij je studie. Heb je problemen thuis, met vrienden of loopt het gewoon niet zoals je wilt? Je slb’er denkt graag met je mee. Ook kun je terecht bij Student Support Center. Dit is een netwerk van experts op het gebied van studentbegeleiding.  

Studiepunten noemen we EC’s (voluit ECTS). Dit staat voor European Credit Transfer System. Dit systeem hoort bij de bachelor-masterstructuur. EC’s zijn een maat voor de zwaarte van een opleiding.

Aan het einde van het 1e jaar krijg je een studieadvies. De studiepunten die je hebt gehaald zijn daarbij belangrijk. Met een positief advies kun je door naar het 2e jaar. Met een negatief bindend studieadvies moet je helaas stoppen. Zo voorkomen we dat je tijd verliest aan een studie die niet echt bij je past.

Je werkt veel aan uitdagende praktijkopdrachten en loopt stage(s). Ook besteed je dit jaar extra aandacht aan je professionele ontwikkeling.  

In je stage in het 2e jaar ga je met jouw vaktherapeutisch middel (beeldende middelen) aan de slag. Je loopt 1 dag in de week stage. Dit is meestal bij een instelling van speciaal onderwijs. Je geeft bijvoorbeeld training aan leerlingen die extra zorg nodig hebben. Of je zet een doelgericht programma op om leerlingen weerbaarder te maken. Uiteraard word je goed begeleid door professionals. Zowel bij de instelling als bij de HAN.  

In labs en werkplaatsen werken studenten, docenten, onderzoekers en professionals van verschillende disciplines én opleidingsniveaus intensief samen in interprofessionele zorg- en welzijnsverlening. Dit doen ze ook in doorlopende onderzoekslijnen die verwant zijn aan de innovatieagenda van een wijk of het gezondheidscentrum. Bij deze opleiding kun je als student bijvoorbeeld meedoen aan of bij:

• Allesbinder
• Brakkenstein
• Dukenburg
• Hatert
• Lindenholt

In jaar 3 van de opleiding Vaktherapie ga je dieper in op het behandelen van cliënten. Doelgericht. Systematisch. Bewust leer je stappen&nbzetten in een proces met je cliënten. Je leert jouw creatieve beeldend vak verder beheersen.

In dit 3e jaar ontwikkel je ook je ondernemerskwaliteiten. Je bedenkt een nieuw product of je schrijft een ondernemingsplan. Netwerken, verbinden, pionieren en managen komen hierbij allemaal aan bod. Je krijgt nieuwe invalshoeken en loopt stage.

In dit jaar loop je 4 dagen per week stage als vaktherapeut. Je kunt in allerlei instellingen aan de slag. Denk bijvoorbeeld aan een GGZ-instelling, gevangenis, psychiatrische inrichting of in de verslavingszorg.

Tijdens je stage buig je je over complexe problemen. Vanzelfsprekend krijg je begeleiding van een ervaren vaktherapeut. Je werkt samen met mensen uit verschillende vakgebieden. Samen komen jullie tot behandelingen die helemaal zijn afgestemd op de persoon in kwestie. 

We hechten veel waarde aan kennis en beheersing van vaardigheden die horen bij de verschillende studierichtingen. Zo maak je bijvoorbeeld samen met cliënten schilderijen. Door jouw creativiteit de vrije loop te laten, word jij een betere therapeut!  

Benieuwd hoe ze vaktherapie inzetten in het buitenland? Dit is je kans! Je kunt namelijk ook je stage lopen in Duitsland, Curaçao, Suriname, Mexico of Zuid-Afrika. In deze landen heeft de opleiding al relaties. Wil je zelf een plek zoeken? Dat mag! Let wel op dat je stageplek aan een aantal eisen moet voldoen.  

Nóg meer verdieping en eigen inbreng: in je laatste jaar volg je een minor. Hiermee kun je je straks profileren als vaktherapeut. Er zijn minoren over de meest uiteenlopende onderwerpen. Denk bijvoorbeeld aan een minor ‘Autism through the lifespan ‘of ‘Sociale psychiatrie’. Je kunt werkelijk alle kanten op! 

Er zijn 3 soorten minoren:  

Verdiepende minor 
Specialiseer je nog meer binnen je eigen vakgebied. 

Verbredende minor 
Maak kennis met een heel ander vakgebied.   

Doorstroomminor 
Bereid je voor op doorstuderen of onderzoek doen. 

In het 2e semester ga je aan de slag met je afstudeeropdracht. Meestal in opdracht van een instelling. Je zet je tanden in een praktijkprobleem van die organisatie. Stap voor stap onderzoek je hoe het probleem in elkaar steekt. Je ontwikkelt een bruikbare oplossing.

Daarnaast ga je verder met het ontwikkelen van je methodische handelen als therapeut. Je kiest zelf de volgorde. Start je met je minor of start je juist met je afstudeeropdracht?

In je 4e jaar Vaktherapie staat de beroepstaak 'Onderzoek en Innovatie' centraal. Je gaat een onderzoeksproject uitvoeren binnen een organisatie of instelling. Lees hieronder een voorbeeld van een student die je voorging:

• Donna Eykholt deed onderzoek naar beeldende therapie in een atelier. Zij onderzocht hoe dat bijdraagt aan zingeving bij volwassenen met een psychiatrische ziekte. Met haar onderzoek hoopt ze herstel te bevorderen.  

Alles gehaald? Dan is je diploma binnen. Je diploma heeft ook een Engelstalige bijlage. Dit diploma-supplement is een bijlage over wat je hebt geleerd en wat je kunt. Door de EU erkend! Hiermee kun je makkelijker in het buitenland werken of doorstuderen. Wij bewaren een kopie van je supplement. 

Marit kwam erachter dat de Kunstacademie het niet was voor haar omdat het daar puur en alleen gaat om kunst maken. “Ik voelde dat ik meer wilde doen dan dat. Daarnaast heb ik altijd interesse gehad in mijn medemens en hoe die zich staande houdt in zijn of haar omgeving. Deze studie sluit daar naadloos op aan. Er is een mooie balans tussen je eigen ontwikkeling in het beeldend werken en je ontwikkeling op interpersoonlijk gebied.”

Op de Open Dag kwam Marit erachter dat de HAN haar eerste keus was. “Ik kreeg meteen een fijn gevoel bij wat ik allemaal zag. Daarnaast vond ik Nijmegen ook gewoon een fijne stad.” Net als andere aankomend studenten had Marit twijfels voor ze aan de opleiding begon. “Voor ik aan de opleiding begon, wist ik niet zeker of studeren iets voor mij was. Ik was bang dat de opleiding te zweverig zou zijn en twijfelde of het HBO misschien te moeilijk was. Ook was ik bang dat het op persoonlijk vlak misschien te zwaar zou worden omdat je jezelf tegen zou komen en beter zou leren kennen. Maar deze twijfels zijn in het eerste semester al meteen weggenomen! De studie is een perfecte combinatie van theoretisch en praktijkgericht werken. Ook kun je het zo zweverig of concreet maken als je zelf wilt. De opleiding geeft jou de ruimte om te ontdekken wat voor therapeut je bent! Daarom voelt deze studie als een ontdekkingsreis naar jezelf maar ook naar anderen om jou heen.”

Naast een heleboel theoretische kennis doe je ook praktijkervaring op. In het propedeusejaar ga je namelijk meteen aan de slag met een dagdeel stagelopen. “De keuze voor de zorginstelling ligt bij jou. Er is echter wel een gemeenschappelijk doel bij iedere stage, namelijk contact maken. Want hoe maak je nu contact met de doelgroep die zich op jouw stage bevindt? Het klinkt misschien makkelijk, dat dacht ik ook maar daar heb ik mij toch aardig in vergist. Contact maken met de persoon die je voor je hebt, is namelijk de basis van wat voor relatie je opbouwt met elkaar. Een goede basis leggen is dus erg belangrijk. Wat ik geleerd heb, is dat het voor mij belangrijk is om dicht bij mijzelf te blijven. Daardoor ontstaat er een fijne sfeer en is er de mogelijkheid om aan een veilige en vertrouwde relatie te werken.”