Informele mentor in de jeugdhulp: wat werkt voor wie?
Een van de gebieden waar binnen de jeugdzorg steeds meer aandacht voor is, is het inzetten van het informele netwerk zoals de JIM-aanpak. JIM staat voor Jouw Ingebrachte Mentor en is een familielid, vriend of bekende van de jongere. Wat werkt in deze aanpak? Dit onderzoekt Suzanne in een leernetwerk
Aanleiding van het project
De jeugdzorg blijft een onderwerp van maatschappelijke discussie. Met name over de effectiviteit of doelgerichtheid van de jeugdzorg is relatief weinig bekend. Een van de gebieden waar binnen de jeugdzorg steeds meer aandacht voor is, is het inzetten van het informele netwerk. Een van de uitingsvormen daarvan is ‘informal mentoring’. In Nederland bestaat de JIM-aanpak.
JIM-aanpak
JIM staat voor Jouw Ingebrachte Mentor en is een familielid, vriend of bekende van de jongere. De keuze van een jongere voor een JIM wordt ondersteund door ouder(s), waarna JIM optreedt als ambassadeur van de jongere. De JIM is een vertrouwenspersoon voor de jongere. In die rol treedt hij/zij op als vertegenwoordiger richting de ouder(s) en professionals. Iedere jongere kiest zijn eigen JIM. Iemand die hij al kent en vertrouwt of waar hij heen gaat als het thuis even niet lekker loopt. Voor hulpverleners is het wennen om met deze zelfgekozen persoon samen te werken. Dit levert onduidelijkheid op in rol, verwachtingen en samenwerking.
Toen ik in 2013 als een van de pioniers met een JIM (Jouw Ingebrachte Mentor) ging werken, merkte ik direct de positieve invloed op mijn hulpverlening.”
Circulaire Zorg
In 2020 heeft de JIM-aanpak een doorontwikkeling gemaakt naar Circulaire Zorg waar de systemische visie nadrukkelijker naar voren komt. Circulaire zorg omvat drie pijlers:
- Duurzaam (waar is iemand voor gemotiveerd?)
- Minimalistisch (niet toevoegen als het niet hoeft)
- Holistisch (verwachtingen over rollen bespreken)
Doel van het project
De doelstelling van dit project is het ontwerpen en construeren van circulaire zorg in een leernetwerk. In de praktijk gaat het er om alert te zijn op ieders last, rol en wie er al is (bijvoorbeeld een JIM). Jongeren, ouders, JIM’s en professionals onderzoeken hoe rollen, de last en JIM het beste vormgegeven kan worden met een minimale inzet van professionals. Hierbij worden de leerervaringen van de professionals, jongeren en hun netwerk nadrukkelijk betrokken.
De overkoepelende onderzoeksvraag is: Wat werkt voor wie onder welke omstandigheden?
Methode van onderzoek
Om deze doelstelling te behalen wordt een participatief ontwerpgericht onderzoek uitgevoerd, met op onderdelen kwalitatieve interviews en focusgroepen en observaties.
Participatief ontwerpgericht onderzoek is erop gericht antwoorden te vinden op praktijkvragen en tegelijkertijd beoogt het ontwerpgerichte kennis te ontwikkelen. Het biedt mogelijkheden om innovatie in de praktijk te bevorderen. Deze manier van onderzoeken betekent dat het geleerde direct in de praktijk terecht komt.
Dit onderzoek wordt in drie teams uitgevoerd:
- Verbindingsteam van het Rijk van Nijmegen
- Een specialistisch ambulant team binnen Entrea lindenhout
- Ambulante werkers van Rubix Zorg
HAN en UvA
Dit promotieonderzoek wordt uitgevoerd binnen het Lectoraat Werkzame Factoren in Jeugd- en Opvoedhulp (WFJO) van de HAN, in samenwerking met de Universiteit van Amsterdam (UvA). Het onderzoek sluit aan bij de onderzoeksthema’s van het lectoraat WFJO die zich focussen op samenwerkingsvraagstukken én het perspectief en ervaringen van kinderen, ouders en hun netwerk.