Aimée Hoeve
Wie zijn de onderzoekers van de HAN? In deze editie: Aimée Hoeve, senior onderzoeker bij het Lectoraat Responsief Beroepsonderwijs van de Academie Educatie.
Wat is je belangrijkste onderzoeksvraag?
Hoe maak je goed onderwijs voor het mbo en hbo? Hiervoor werk ik samen met onze eigen opleidingen binnen de HAN, via bijvoorbeeld de Labs en Werkplaatsen. En in het mbo werk ik nauw samen met de Gelderse mbo’s (zie Gelderse professionaliseringsagenda). De overeenkomst tussen mbo- en hbo-opleidingen is dat werkplekleren een belangrijke plaats heeft. Dat is dan ook een centraal thema in mijn werk.
De opdracht voor het beroepsonderwijs is dat het professionals klaarstoomt om de wereld en het werkveld in te gaan. Extra uitdaging is dat die wereld en daarmee ook het werkveld sterk aan het veranderen is. Hoe gaan we dit waarmaken, welke leeromgeving is hiervoor nodig? Dat is de rode draad in mijn onderzoeken.
Hoe onderzoek je dat?
Een leeromgeving is een breed begrip. Dit omvat niet alleen de fysieke ruimte, dus zoiets als een lokaal, maar ook mensen en hulpmiddelen, zoals gereedschap of protocollen. Ik onderzoek in de praktijk hoe je de leeromgeving ideaal gezien inricht. Daarvoor zet ik verschillende manieren van onderzoek in.
Op dit moment werk ik bijvoorbeeld aan een groot RAAK-project: Teaming in de Tussenruimte. Samen met de Hogeschool Utrecht (Lectoraat Beroepsonderwijs) doe ik onderzoek op 4 locaties waar opleiding en werk samenkomen in leerwerkomgevingen, gericht op het opleiden van wendbare professionals voor de zorg en/of techniek. Dit zijn sectoren die te maken hebben met snelle maatschappelijke en technologische ontwikkelingen. Leerwerkomgevingen hebben een belangrijke rol als je daar op in wilt spelen.
Dit vraagt om cross-boundary teaming. Samenwerking on the fly, over organisatie- en domeingrenzen heen, is belangrijk op deze locaties. Net als leren en innoveren tussen mbo, hbo en werkveld. Doel is om meer grip te krijgen op vormen van dynamische samenwerking, die nodig zijn om de leerwerkomgevingen optimaal te laten draaien. We interviewen studenten en medewerkers en volgen ze in het leerproces in deze leerwerkomgevingen.
Wat levert zo'n onderzoek op?
Om de opbrengsten van mijn onderzoek beschikbaar te maken, steken we als lectoraat veel tijd in de ontwikkeling van praktijkgerichte producten. Zo heb ik net samen met een aantal partners een project afgerond, waarbij ik onderzocht hoe je praktijkroutes in de zorg het beste kunt vormgeven. Ons projectteam ontwikkelde een scenariotool, bestaande uit een visuele praatplaat met 4 scenario’s, hulpkaarten, een interactief verslagformat en een handleiding. De tool is bedoeld als gespreksleidraad: een gestructureerde aanpak bij gesprekken over de ontwikkeling en verbetering van praktijkroutes.
Wat wil je met je onderzoek bereiken?
Mijn doel is dat de inzichten uit onze onderzoeken helpen om beroepsopleidingen zo in te richten dat ze wendbare professionals opleiden. Wendbare professionals die innovatief meebewegen met verandering, bijdragen aan de samenleving, zelf hun loopbaan sturen en zich een leven lang blijven ontwikkelen. Dit klinkt logisch, maar blijkt toch een hele uitdaging in de dagelijkse onderwijspraktijk. Het vraagt ook anders handelen van docenten. Als lectoraat werken wij dan ook hard aan het versterken van de kennisbasis van dat handelen. Oftewel de beroepsgerichte didactiek. Deze kennis hebben we voorlopig gebundeld in een handboek rondom 9 didactische thema’s, die samen het karakter vormen van het beroepsonderwijs. Deze kennis willen we inzetten om onze opleidingen meer onderbouwd te ontwerpen.
Waarmee maak je het verschil?
Als onderzoeker heb ik een belangrijke rol in het vertragen: door kritisch te bevragen, samen bewust even stil te staan in de hectiek van alledag. Zijn we met de goede dingen bezig en werkt het zoals bedoeld? Ook wil ik graag zorgen voor verbinding met onderzoek en ontwikkeling bij andere hogescholen, mbo-instellingen, et cetera. Daar leren we allemaal van. Daarom heb ik nauw contact met onderzoekers en onderwijsontwikkelaars van andere hbo’s en mbo’s.